• Niet gebruiken met een extra platform.
Geldt voor de gondel:
WAARSCHUWING!
Dit product, in de vorm van een gondelwagen, is bedoeld voor
kinderen die niet op eigen kracht op hun knieën en handen
kunnen zitten, kantelen of kruipen. Maximaal gewicht van het
kind: 9 kg
.
• Plaats geen andere matras die niet bij het product is geleverd.
Geldt voor een wandelwagen:
WAARSCHUWING!
Dit kinderwagenzitje is niet geschikt voor kinderen jonger dan
6 maanden
Altijd het veiligheidstuigje gebruiken
Het product is geschikt voor kinderen vanaf 6 maanden tot 15 kg.
I KINDERWAGEN-ELEMENTEN
A. Onderstel met zitting
B. Voorwiel x2
C. Achterwiel x2
II II UITKLAPPEN VAN HET ONDERSTEL VAN DE WAGEN EN (DE)MONTAGE VAN DE WIELEN
Plaats het onderstel (A) op een vlakke ondergrond. Ontgrendel de vergrendeling aan de linkerzijde van de kinderwagen,
pak het ouder handvat en til het onderstel op (Afb. 1). Het onderstel zal vergrendelen. Monteer vervolgens de voorwielen
(B) (Afb. 2, A) en achterwielen (C) (Afb. 2, B) tot u een karakteristieke klik hoort.
Op Afb. 2, A en Afb. 2, B zijn ook de knoppen gemarkeerd die het mogelijk maken om de voor- en achterwielen te
verwijderen.
WAARSCHUWING! Controleer voordat u de kinderwagen
gebruikt of alle wielen correct zijn gemonteerd.
III MONTAGE VAN DE GONDEL
LET OP! Aan de zijkanten van de zitting en op het onderstel van de kinderwagen bevinden zich grijze banden, die de
juiste montage van de zitting ondersteunen.
LET OP! Bij de montage van de gondel moet de zitting met de voorkant naar de ouder toe gemonteerd worden!
De eerste stap is het afnemen van de zitting van het onderstel. Til hiervoor de hendel boven op de rugleuning op en stel
de rugleuning zo af dat de grijze banden een enkele lijn vormen (Afb. 3), schuif vervolgens de zitting uit het onderstel
van de kinderwagen, draai de zitting met de voorkant naar de ouder toe en schuif de zitting op het onderstel, waarbij de
grijze banden op hun plaats moeten worden gehouden (Afb. 4). Laat met de bovengenoemde hendel de rugleuning tot
het laagste niveau zakken en til de voetsteun omhoog (Afb. 5). Plaats de zachte gondel (E) op de zitting (het is niet nodig
om de gordels van de zitting te verwijderen) en klem dan de riemen van de gondel onder de zitting. LET OP! Bij de
overkapping zijn er lussen, waar de banden doorheen getrokken moeten worden om de gondel te stabiliseren (Afb.
6).
WAARSCHUWING!
RIJRICHTING WORDEN GEMONTEERD (het kind voorwaarts
voor de begeleider).
IV MONTAGE/DEMONTAGE VAN DE VEILIGHEIDSBEUGEL, OVERKAPPING, VOETENZAK EN BEKERHOUDER
Nadat de zachte gondel is verwijderd, monteert u de veiligheidsbeugel (D) door deze in de geleiders aan de zijkanten van
het onderstel te schuiven, zoals te zien is op afbeelding 7, A. De beugel kan worden verwijderd door op de knoppen aan
de zijkanten van de beugel (Afb. 7, B) te drukken.
De overkapping (F) wordt gemonteerd door de uiteinden ervan in de geleiders op het onderstel van de kinderwagen te
schuiven, zoals op afbeelding 8 te zien is, en vervolgens de achterkant van de overkapping aan de druknoppen en
klittenbandsluitingen aan de achterkant van de rugleuning te bevestigen. De overkapping kan in verschillende standen
D. Veiligheidsbeugel
E. Zachte gondel
F. Overkapping
DE
GONDEL
G. Voetenzak
H. Regenhoes
I. Bekerhouder
MAG
34
J. Muskietennet
ALLEEN
TEGEN