Bij het slijpen van metalen ontstaan wegvlie-
gende vonken. Let erop dat geen personen in
gevaar worden gebracht. Wegens het brand-
gevaar mogen zich geen brandbare materia-
len in de buurt (plaats waar de vonken weg-
vliegen) bevinden.
Voorzichtig bij het maken van sleuven, bijv. in
dragende muren: zie het gedeelte „Bouwkun-
dige aspecten".
Let op verborgen elektrische leidingen en gas-
en waterbuizen. Controleer het te bewerken
oppervlak, bijvoorbeeld met een metaaldetec-
tor.
Blokkeren van de doorslijpschijf leidt tot een
plotselinge reactiekracht van de machine.
Schakel in dit geval de machine onmiddellijk
uit.
Neem de afmetingen van de slijpschijven in
acht. Gatdiameter moet zonder speling op de
opnameflens 9 passen. Gebruik geen redu-
ceerstukken of adapters.
Gebruik doorslijpschijven nooit om af te bra-
men. Stel doorslijpschijven niet bloot aan zij-
waartse druk.
Neem de voorschriften van de fabrikant over
de montage en het gebruik van het slijpge-
reedschap in acht.
Voorzichtig! Slijptoebehoren loopt na het uit-
schakelen van de machine nog uit.
Span de machine niet in een bankschroef.
Bosch kan een juiste werking van de machine
uitsluitend waarborgen wanneer voor deze
machine bedoeld origineel toebehoren wordt
gebruikt.
Gebruik volgens bestemming
De machine is bestemd voor het doorslijpen, af-
bramen en borstelen van metaal en steen zonder
gebruik van water. Voor het doorslijpen van steen
is een geleideslede voorgeschreven.
Bouwkundige aspecten
Voor sleuven in dragende muren geldt norm
DIN 1053 deel 1 of gelden landspecifieke bepa-
lingen.
Deze voorschriften moeten beslist in acht worden
genomen. Raadpleeg voor het begin van de
werkzaamheden de verantwoordelijke bouwkun-
dige, architect of de met de leiding belaste
bouwopzichter.
1 609 929 B76 • TMS • 30.11.00
Trek altijd voor werkzaamheden aan de ma-
chine de stekker uit het stopcontact.
Voor werkzaamheden met afbraam- of
doorslijpschijven moet de beschermkap 5
gemonteerd zijn.
Beschermkap met klemschroef
De codeernok 14 op de beschermkap 5 zorgt er-
voor dat alleen een bij dit type machine passende
beschermkap gemonteerd kan worden.
Draai de klemschroef 13 eventueel los.
Plaats de beschermkap 5 met de codeernok 14
in de codeergroef op de ashals aan de voorzijde
van de machine en draai de beschermkap in de
gewenste stand (werkstand).
De gesloten zijde van de beschermkap 5 moet
altijd naar de bediener wijzen.
Draai de klemschroef 13 vast.
Beschermkap met snelsluiting
(toebehoren)
De beschermkap is vooraf ingesteld op de
diameter van de ashals. Draai daarom de
instelschroef 7 niet los of vast.
Open de spanhendel 8.
Plaats de beschermkap 5 op de ashals aan de
voorzijde van de machine en draai deze in de ge-
wenste stand (werkstand).
Sluit de spanhendel 8 voor het vastklemmen van
de beschermkap 5.
De gesloten zijde van de beschermkap 5 moet
altijd naar de bediener wijzen.
Extra handgreep
Tijdens alle werkzaamheden met de ma-
chine moet de extra handgreep 4 gemon-
teerd zijn.
Draai de extra handgreep 4 afhankelijk van de
werkwijze aan de voorzijde van de machine in.
Handbescherming (toebehoren)
Geadviseerd wordt om voor werkzaamheden met
de rubber steunschijf 19, komstaalborstel 22,
vlakstaalborstel of lamellenslijpschijf de handbe-
scherming 17 (toebehoren) te monteren. De
handbescherming 17 wordt met de extra hand-
greep 4 bevestigd.
Nederlands - 3
Beschermingsvoor-
zieningen monteren