• Na de synchronisatie verplaatsen de wijzers zich naar de correcte tijd. Bij niet-synchronisatie
verplaatsen de wijzers zich naar het eerder opgeslagen uur.
De klok resetten
• Veroorzaak een kortsluiting tussen de twee metalen pinnetjes [A] met behulp van een metalen
object, bv. een paperclip.
• De wijzers verplaatsen zich naar 12:00 en het geheugen wordt gewist. De klok zal zich daarna
opnieuw met het DCF-signaal proberen te synchroniseren.
8. Temperatuursweergave
Raadpleeg de figuren op pagina 2 van deze handleiding.
• Op de wijzerplaat staan twee lcd-schermpjes. Het linkerscherm [6] geeft de buitentemperatuur
[Q] en –trend [L] aan, het rechterscherm [7] geeft de binnentemperatuur [Q] en –trend [L]
aan. De binnentemperatuur wordt om de 15 seconden geüpdatet, de buitentemperatuur wordt
om de 30 seconden gemeten via de buitensensor.
Buitensensor
• Plaats de batterijen in de sensor en de batterijvakken (zie §10).
• Selecteer een kanaal (1 ~ 3) via de selectieknop [S4]. Het kanaal wordt op het lcd-scherm
[S1] weergegeven.
Opmerking: Kies voor elke gebruikte sensor een afzonderlijk kanaal.
• Selecteer nu hetzelfde kanaal op de klok via de selectieknop [F]. Het kanaal [K] wordt op het
lcd-scherm [6] weergegeven.
• Druk op de testknop [S3] om de ontvangst tussen de klok en de sensor te testen. Bij een goede
ontvangst verschijnt een symbool [N] op het lcd-scherm [6] en zal de klok eenmaal piepen.
• Druk op de selectieknop °C/°F [S5] om de meeteenheid op de sensor [S1] te selecteren.
Opmerking: Enkel geldig voor de meeteenheid op de sensor en niet voor die op de klok zelf.
• Sluit het batterijvak en draai de schroef vast.
• Vouw het statief open [S7] of hang de sensor aan de muur via het gaatje [S2]. Bescherm de
sensor tegen regen, vochtigheid en opspattende vloeistoffen.
Algemeen
• Selecteer de meeteenheid (°C/°F) via de selectieknop [J]. Uw keuze wordt op het lcd-scherm
[P] weergegeven. Doe dit voor zowel de binnen- als de buitentemperatuur.
• De temperatuurverwachting [L] (stijgen, stabiel, dalen) wordt op beide lcd-schermen [6, 7]
weergegeven.
• Druk eenmaal op MAX/MIN [G] om de maximumtemperatuur weer te geven, druk een tweede
maal om de minimumtemperatuur weer te geven, druk een derde maal om de huidige
temperatuur weer te geven.
Opmerking: De huidige temperatuur verschijnt automatisch na 8 seconden.
• Reset de temperatuurwaarden door MAX/MIN [G] gedurende 2 seconden ingedrukt te houden.
• Druk op de selectieknop [F] om de sensor te selecteren (max. 3, 1 sensor meegeleverd).
• Druk met een paperclip de resetknop [5] kort in om alle temperatuurwaarden (alle limieten en
minimum- en maximumwaarden voor alle sensoren) te resetten.
Alarminstelling
• De klok kan een alarm genereren wanneer de geprogrammeerde temperatuurlimieten
overschreden zijn. U kunt voor elke sensor afzonderlijke limieten programmeren.
• Houd de alarmknop [H] gedurende 2 seconden ingedrukt. De waarde voor de bovenlimiet en de
aanduiding [M] knipperen op het lcd-scherm [6] (standaard: +70°C/+158°F).
• Het lcd-scherm keert terug naar de normale weergave na ongeveer 5 seconden.
• Stel de bovenlimiet in met UP [I] en DOWN [J].
• Selecteer nu de volgende sensor met de selectieknop [F] indien van toepassing en stel de
bovenlimiet in voor deze sensor.
• Druk op alarmknop [H] om de instelling te bewaren. De waarde voor de onderlimiet en de
aanduiding [M] knipperen op het lcd-scherm [6] (standaard: -50°C/-58°F).
• Stel de onderlimiet in met UP [I] en DOWN [J].
• Selecteer nu de volgende sensor met de selectieknop [F] indien van toepassing en stel de
onderlimiet in voor deze sensor.
• Druk op alarmknop [H] om de instelling te bewaren. Het lcd-scherm keert terug naar de
normale weergave.
02/12/2009
WC3320
9
Rev. 02
®
©Velleman
nv