7.4.7 Hoe kan het dat de meting van stijging en afdaling
verschillende aflezingen oplevert terwijl ik binnen ben en in
dezelfde kamer blijf?
De resolutie van de stijg/daalsnelheid is 1 m/1 ft, terwijl de resolutie van het display met de hoogte 5 m/10 ft is. Hierdoor
kan het zijn dat de stijg/daalsnelheid een verticale verplaatsing signaleert ondanks het feit dat u zich op dezelfde hoogte
ophoudt. Dit wordt veroorzaakt door schommelingen van de luchtdruk of door verticale verplaatsing minder dan de
resolutie van 5 m/10 ft.
Binnenshuis kunnen minieme luchtstromen, die u zelf niet eens waarneemt, zorgen voor drukschommelingen. Als u
bijvoorbeeld een raam open heeft aan de ene kant van het huis kan het zijn dat er hierdoor een luchtstroom ontstaat aan
de andere kant van het huis. U merkt dat misschien niet, maar de sensors van de Advizor wel. Omdat stijging en daling
worden berekend op grond van de luchtdruk, interpreteert de Advizor dit soort drukschommelingen als verticale
verplaatsingen.
7.5 DE BAROMETER
7.5.1 Wat is dat vakje links boven op het display?
Dat is de indicator voor de barometertrend. Deze geeft globaal het verloop van weersveranderingen aan, gebaseerd op
metingen van de luchtdruk over de afgelopen 6 uur.
7.5.2 Doet de Advizor ook weersvoorspellingen?
Nee, de Advizor verzamelt continu cumulatieve data m.b.t. de luchtdruk van de afgelopen 3 uur en van de 3 uur daarvoor.
De trend wordt berekend op grond van deze cumulatieve gegevens.
7.5.3 Wat is het verschil tussen absolute druk en relatieve
druk?
Absolute druk is de werkelijke druk op een bepaalde plaats op een bepaald moment. Relatieve druk is de druk op zeeniveau
die correspondeert met de druk op de hoogte waar u zich bevindt Bijvoorbeeld: als u zich bevindt op 1000 m / 3300 ft, is
de absolute druk normaal gesproken ongeveer 900 mbar/26,60 inHg. De relatieve druk op zeeniveau is dan ongeveer
1013 mbar/29,90 inHg.
49