Montagehandleiding voor Hellamistachterlicht
Inbouw dient plaats te vinden
in overeenstemming met
ECE R48.
Beschermklasse IP 54 K
1. Montagevoorschriften
Het mistachterlicht moet zodanig
worden gemonteerd, dat de
afstand tot het remlicht in alle
richtigen tenminste 100 mm
15
bedraagt. Bij montage van één
mistachterlicht moet deze in het
midden of links van het midden
worden gemonteerd. Bij montage
van twee mistachterlichten (links
en rechts) moeten deze op gelijke
afstand van het midden
(symmetrisch) worden
gemonteerd. De afstand vanaf
het wegdek, tot de bovenzijde
van het mistachterlicht mag niet
meer dan 800 mm bedragen.
2. Montage
De schakelaar op een goed
bereikbare plaats inbouwen, b.v.
in het dashboard of in de
middenconsole.
Afstellen van het
mistachterlicht
Het mistachterlicht moet zo
worden afgesteld, dat deze
loodrecht ten opzichte van het
wegdek en haaks op de lengteas
van de auto staat. Let erop, dat
het opschrift "top" op het glas,
aan de bovenzijde staat.
3. Elektrische aansluiting
A De aansluiting vindt plaats met
op schakelaar die alleen het
mistachterlicht inschakelt
(Hella-nr. 6EH 007 946-001).
B De aansluiting vindt plaats op
een schakelaar met drie functies,
waarmee de mistlampen en het
mistachterlicht kunnen worden
ingeschakeld. De aftakking van
klem 56b kan met de
zekeringhouders
mini 8JD 743 557-801
ATO 8JD 743 557-811
worden gerealiseerd. Deze
aftakking kan bijv. bij de
zekeringenkast worden
uitgevoerd.
De lamp voldoet
aan de Europese
overeenkomst
betreffende het
internationale
vervoer van
gevaarlijke
goederen over de
weg (ADR).