6
Plaats een van de twee meegeleverde koude vernevelingskoppen aan de bovenzijde
van het waterreservoir.
7
Sluit de plug van de adaptersnoer aan op de adapteraansluiting van de bevochtiger
(aangegeven met de pijl).
8 Controleer of de spanning van het stopcontact overeenkomt met de benodigde span-
ning van de bevochtiger
9
Verbind vervolgens de adapter met de stroomvoorziening door de adapter in het
stopcontact te plaatsen.
10
De bevochtiger is nu gereed voor gebruik.
3. bedieninG
A.
IN- EN UITSCHAkELEN EN WIjZIGEN VAN DE CAPACITEIT.
1
De bevochtiger wordt gestart door op de bedieningsknop aan de voorzijde van het
apparaat te drukken.
2
De bevochtiger heeft drie bevochtigingscapaciteiten welke met de bedieningsknop
gewijzigd kunnen worden.
a.
Door eenmaal op de bedieningsknop te drukken zal deze rood oplichten. De bevoch-
tiger functioneert op zijn laagste capaciteit.
b.
Door een tweede maal op de bedieningsknop te drukken zal deze groen oplichten.
1
56