OBJ_BUCH-1380-004.book Page 58 Wednesday, April 20, 2011 10:12 AM
58 | Nederlands
kabels. Controleer daarom door verdere metingen in de nabije omgeving of
andere informatiebronnen of er een spanningvoerende leiding aanwezig is.
– Niet-spanningvoerende leidingen kunt u als metalen voorwerpen met de func-
tie „metaal" vinden. Draadkabels worden daarbij niet weergegeven (in te-
genstelling tot kabels van massief materiaal).
– Statische elektriciteit kan ertoe leiden dat de leidingen niet nauwkeurig, dat
wil zeggen over een groot bereik worden aangegeven. Om de indicatie te ver-
beteren, legt u uw vrije hand naast het meetgereedschap plat op de muur om
de statische elektriciteit af te bouwen.
Tips voor de werkzaamheden
De meetresultaten kunnen afhankelijk van het principe door bepaalde
omgevingsomstandigheden nadelig worden beïnvloed. Daartoe behoren
bijvoorbeeld de nabijheid van apparaten die sterke magnetische of elek-
tromagnetische velden opwekken, vocht, metaalhoudende bouwmate-
rialen, met aluminium beklede isolatiematerialen en geleidend behang
of geleidende tegels. Raadpleeg daarom voor het boren, zagen of frezen in
muren, plafonds of vloeren ook andere informatiebronnen (bijvoorbeeld
bouwtekeningen).
Voorwerpen markeren
U kunt gevonden voorwerpen indien nodig markeren. Meet zoals u gewend bent.
Als u de grenzen of het midden van een voorwerp heeft gevonden, markeert u de
gezochte plaats door de markeringsopening 8.
Temperatuurbewaking
Het meetgereedschap is voorzien van een temperatuurbewaking, aangezien een
nauwkeurige meting slechts mogelijk is zolang de temperatuur binnen in het
meetgereedschap constant blijft.
Licht de indicatie voor de temperatuurbewaking d op, bevindt het meetgereed-
schap zich buiten de bedrijfstemperatuur of heeft het blootgestaan aan sterke
temperatuurschommelingen. Schakel het meetgereedschap uit en laat het
eerst op de juiste temperatuur komen voordat u het weer inschakelt.
Waarschuwingsfunctie
Als in het display de indicatie b brandt, moet u de meting opnieuw starten. Neem het
meetgereedschap van de muur en zet het op een andere plaats op de ondergrond.
Knippert in het display 7 de indicatie b, dient u het meetgereedschap in het mee-
geleverde beschermetui naar een erkende klantenservicewerkplaats te sturen.
Nakalibreren
Als in de functie „metaal" de schaalverdeling f continu uitslaat, hoewel zich geen
metalen voorwerp in de buurt van het meetgereedschap bevindt, kan het meet-
gereedschap handmatig worden nagekalibreerd.
– Schakel het meetgereedschap uit.
– Verwijder alle voorwerpen die kunnen worden aangegeven uit de buurt van
het meetgereedschap, ook polshorloge of ringen van metaal, en houd het
meetgereedschap in de lucht.
Let erop dat de batterij-indicatie e nog minstens een derde van de capaciteit
aangeeft:
Houd het meetgereedschap zo dat het typeplaatje 12 naar de grond wijst.
Voorkom fel licht van lichtbronnen of rechtstreeks zonlicht op de gedeelten
11 en 12 zonder deze gedeelten af te dekken.
– Druk tegelijkertijd op de toetsen 5 en 4 en houd beide toetsen ingedrukt tot
de ring 9 rood verlicht is. Laat vervolgens beide toetsen los.
– Als het kalibreren is geslaagd, start het meetgereedschap na enkele seconden
automatisch en is het weer gereed om te worden gebruikt.
Opmerking: Als het meetgereedschap niet automatisch start, herhaalt u het na-
kalibreren. Start het meetgereedschap dan nog niet, dient u het in het meegele-
verde beschermetui aan een erkende klantenservice te sturen.
2 609 140 838 | (20.4.11)
Bosch Power Tools