Wanneer dit gebeurt, verschijnen de letters CL op het scherm en wordt een knipperend WAIT
gedurende enkele seconden weergegeven, terwijl de lekdetector zichzelf opnieuw kalibreert naar
de nieuwe omgeving. Dit proces kan enkele seconden duren om te voltooien. Er verschijnt een
groen READY-lampje op het display, dat de gebruiker waarschuwt dat het apparaat klaar is voor
gebruik. Als de bovenstaande voorzorgsmaatregel niet wordt opgevolgd, kan CA (verontreinigde
atmosfeer) op het scherm verschijnen na een zelfkalibratieproces. Het apparaat kan worden
gebruikt om lekkages te detecteren, op voorwaarde dat de READY legende op het display wordt
weergegeven. De CA-indicatie zal uiteindelijk verdwijnen wanneer de eenheid terugkeert naar
een niet-verontreinigde omgeving en een zelfkalibratieproces ondergaat.
HANDMATIGE KALIBRATIE
Het apparaat zal zichzelf voortdurend aanpassen om lekken op een optimaal niveau te de-
tecteren. Wanneer dit gebeurt, knippert er een 'CL' op het display, de WAIT-indicator gaat aan
en het READY-lampje blijft een paar seconden uit totdat deze handeling is voltooid. De eenheid
is ook ontworpen om lekken te detecteren in de aanwezigheid van achtergrondverontreiniging.
Om te zorgen dat het apparaat de vaststelling doet dat er een verontreinigde atmosfeer is, moet
het gegevens voor de sensor in absolute schone lucht hebben opgeslagen. Deze gegevens
worden bij de productie bepaald en in het geheugen opgeslagen. Als een sensor wordt vervangen
of als op het apparaat 'CA' wordt weergegeven als de gebruiker er 100% zeker van is dat er
geen verontreiniging in de lucht * is, kan een handmatige kalibratie worden uitgevoerd met de
volgende reeks. Houd de MUTE-toets gelijktijdig met de Piek-toets ingedrukt totdat een "CL"
wordt weergegeven, samen met een witte omtrek van alle staafsymbolen. Deze procedure kan
tot een minuut of twee duren. Hiermee wordt een nieuwe set gegevens voor schone lucht in het
apparaat opgeslagen. Deze nieuwe gegevens worden nu gebruikt elke keer dat het apparaat
wordt opgestart.
* Naast HFC's kan vervuilde lucht ook worden veroorzaakt door de aanwezigheid van andere ve-
rontreinigingen zoals alcohol, parfums, handdesinfectiemiddelen, enz. De handmatige kalibratie
moet in een zeer schone omgeving worden uitgevoerd, zoals buitenshuis.
SNELLE BEGINTIPS OVER HOE LEKKEN KUNNEN WORDEN GEVONDEN
Een plotse snelle beweging van de sonde of het blazen in de sensor kan een vals alarm
veroorzaken in de lekdetector. Elektronische sensoren werden geïmplementeerd in het
product om dit te detecteren en om zo'n vals alarm te verminderen en te minimaliseren.
In het geval zo'n interferentie wordt gedetecteerd, zal het lcd kortstondig een knipper-
ende INT (interferentie)-melding weergeven totdat de normale werking kan verdergaan
na het verschijnen van de READY-melding.
1. Bij het starten van het zoeken naar lekken waarbij er geen algemene kennis van de grootte
van het lek is, moet de instrumentgevoeligheid op LOW worden ingesteld. De gevoeligheid
LOW zal het mogelijk maken voor de unit om zowel middelmatige als grote lekken op te
sporen.
2. Beweeg de sonde traag ongeveer 3/8 inch (9 mm) boven de zones met de vermoede lekken.
Beweeg de sonde voorbij het lek om de sonde de mogelijkheid te geven zich te zuiveren indien
een lek werd gedetecteerd. Houd de sonde niet op de plaats van het lek. Ter verificatie breng
de sonde terug naar de zone waar het lek werd gedetecteerd.
3. In het geval geen lekken werden gevonden met een gevoeligheidsinstelling LOW, verhoog de
gevoeligheid naar MEDIUM en herhaal de bovenstaande stap (2).
4. Om uiterst kleine lekken 0,1 oz/yr (2,8 gram) of kleiner op te sporen moet de
gevoeligheidsschaal HIGH worden gebruikt. Daar de grootte van het lek uiterst klein is, moet
de tip van de sonde zo dicht mogelijk bij het oppervlak (zonder enig voorwerp fysiek aan te
raken) worden bewogen. Het fysiek aanraken van een voorwerp zal worden gedetecteerd door
de sondesensoren met een korte INT (interrupt) van de detector als gevolg.
5. Bij het sonderen naar een lek in een verontreinigde omgeving, zal de sensor de verontreinigde
zone detecteren en zal zich automatisch aanpassen aan de nieuwe condities. Het lcd zal CA
(contaminated atmosphere, verontreinig de atmosfeer) weergeven op het scherm nadat het
door het herkalibratieproces is gegaan dat ongeveer een minuut duurt. Tijdens het
herkalibratieproces lichten alle verticale streepjes op en verdwijnen van groot naar klein tot
alle streepjes weg zijn. Op dit moment verschijnt het READY-lichtje en het lekdetectieproces
kan verdergaan.
PROBLEEMOPLOSSINGSGIDS
Met uitzondering van de batterijen en de sensor, kunnen de interne onderdelen van de 55800 niet
ter plaatse worden vervangen. Indien u een probleem ondervindt met het product, bekijk eerst de
onderstaande probleemoplossingstabel.
PROBLEEM
De unit start niet op
De unit start kort op en
sluit dan OFF
Het alarm van de unit
werkt voortdurend
zonder stoppen
E2-code verschijnt op
het lcd
30
MOGELIJKE OORZAAK
1) Er zijn geen batterijen
geplaatst
2) De batterijen werden
niet correct geplaatst
De batterijen zijn heel
zwak
De zone is verontreinigd
of er zijn verontreinigin-
gen dichtbij
Verstopte tip of de venti-
lator werkt niet
www.mastercool.com
OPLOSSING
Plaats nieuwe batterijen. Volg de
instructies op pagina 25
Controleer de polariteit voor het plaatsen
van batterijen op pagina 25.
Plaats nieuwe batterijen. Volg de
instructies op pagina 25.
Verminder eerst de gevoeligheid van de
detector. Indien deze nog biept in de
laagste stand, zet hem dan uit. Zuiver de
omgeving van contaminanten en probeer
opnieuw.
Schroef de sondetip los, verwijder de filter
met een o-ring picker en blaas perslucht
door de kleine gaatjes in de tip. Monteer
de sonde opnieuw en controleer de unit.
Indien het probleem blijft, breng de unit
terug naar de plaats van aankoop.