1. Installatie
1.
Monteer de CO
-sensor in de buurt van de CO
2
bron aan de wand, met een minimale afstand van
50 cm. Het is beter om de sensor niet rechtstreeks
boven de CO
-bron te bevestigen indien deze erg
2
warm wordt (CO
-generator). U dient de sensor op
2
een hoogte van +/- 1 meter boven de vloer te
monteren.
2.
Plaats de sensor ook niet in de directe luchtstroom
van ventilatoren: de luchtstroom kan de metingen
beïnvloeden.
3.
Sluit de sensor(en) aan op de onderkant van de T-
Micro met de bijgeleverde (UTP-)kabel(s).
4.
Stop de stekker van de CO
van de T-Micro.
5.
Stop de stekker van de T-Micro in een 230V
stopcontact.
6.
Klaar!
2. Doorverbinden van controllers en
sensoren
De meeste controllers en sensoren van TechGrow zijn
met elkaar te verbinden om een optimale
gebruikservaring te garanderen. U kunt de controllers
doorlussen, waardoor u slechts één S-4 Sensor nodig
hebt om uw gehele klimaat te beheersen. Aangezien elk
apparaat 2 UTP-connectoren heeft, is het niet alleen
mogelijk de apparaten met elkaar door te lussen, maar
ook om bijvoorbeeld een Datalogger DL-1 aan te
sluiten.
Zorg ervoor dat alle controllers zijn voorzien van
netspanning om eventuele storingen te voorkomen. En
check of de controller is uitgeschakeld vóórdat u
sensor(en) aansluit, om eventuele storingen te
voorkomen. De sensorkabel kan in een willekeurige
UTP-connector worden geplugd.
De reguliere TechGrowsensoren zijn vergelijkbaar met
de sensoren uit de TechGrow Pro Series en kunnen dus
ook worden gebruikt voor controllers uit de Pro Series.
3. Aansluiten van extra sensoren of
andere apparaten
De T-Micro kan van aangesloten CO
luchtvochtigheids,- en temperatuursensoren, de
waarden meten en doorsturen naar de aangesloten
controller, mits deze is gekoppeld aan een S-4 Sensor.
De T-Micro regelt echter alleen de CO
andere sensor aan de T-Micro wilt koppelen, schakel
dan eerst de controller uit, wacht een aantal seconden
____________________________________________________________________________________________________________________________
TechGrow
| Innovative Growing Solutions
-
2
-bron in het stopcontact
2
-,
2
. Indien u een
2
en sluit daarna de controller weer aan op het
stopcontact.
4. Welke sensoren kunt u aansluiten
op de T-Micro?
De minimale sensor die u nodig heeft, is een S-2
Sensor (of onze toekomstige Budget CO
LET OP: Sluit NOOIT twee van dezelfde type
sensoren aan op uw controller! Bijvoorbeeld:
een S-4 Sensor en een Temp/RH Sensor mogen
niet gelijktijdig zijn aangesloten.
5. Automatische functies van de T-
Micro
1. Als er geen CO
-sensor is aangesloten op de T-
2
Micro zal dit op het display worden weergegeven
als NO*SENSOR.
2. Als het donker is, wordt er geen CO
Zorg er dus voor dat de sensor rechtstreeks de
lichtbron kan waarnemen.
3. Als de CO
-sensor niet wordt gedetecteerd, wordt
2
er geen CO
afgegeven.
2
6. Betekenis led
Tussen de twee draaiknoppen bevindt zich een "OK"-
led, die een aantal dingen kan aangeven:
Groen: er is voldoende CO
•
Rood: de CO
- bron staat aan.
•
2
Oranje (knippert): er is iets mis. De sensor ontbreekt
•
of is kapot (NO SENSOR), of de kalibratie is bezig.
7. Werking van de T-Micro
Als de CO
-waarde van de ruimte onder de ingestelde
2
waarde (setpoint minus hysterese) zakt, wordt de CO
bron ingeschakeld. Na verloop van tijd stijgt de CO
waarde en als deze het CO
bron weer uitgeschakeld.
Voorbeeld
Het CO
-setpoint staat op 670 ppm.
2
De CO
-hysterese staat op 40 ppm.
2
De huidige waarde van de CO
733 ppm: dat is hoger dan het CO
CO
-bron staat uit. Het rode lampje is uit.
2
Sensor).
2
afgegeven.
2
in de ruimte.
2
2
-setpoint bereikt, wordt de
2
in de ruimte is
2
-setpoint, dus de
2
7
-
2
-