Descargar Imprimir esta página

Linksys WRT54G Guia Del Usuario página 742

Ocultar thumbs Ver también para WRT54G:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 345
Wireless-G-breedbandrouter
Beacon Interval (Bakeninterval). De standaardwaarde is 100. Geef een waarde op tussen 1 en 65.535
milliseconden. De waarde van het bakeninterval geeft het frequentie-interval van het baken aan. Een baken is
een pakketbroadcast van de router voor de synchronisatie van het draadloze netwerk.
DTIM Interval (DTIM-interval). Deze waarde, die tussen 1 en 255 ligt, geeft het interval van de Delivery Traffic
Indication Message (DTIM) aan. Een DTIM-veld is een aftelveld dat de clients informatie verstrekt over het
volgende venster voor het luisteren naar broadcast- en multicast-berichten. Als er zich broadcast- of multicast-
berichten voor gekoppelde clients in de buffer van de router bevinden, verzendt de router de volgende DTIM met
een DTIM-intervalwaarde. De clients krijgen de bakens door en worden geactiveerd, zodat ze de broadcast- en
multicast-berichten ontvangen. De standaardwaarde is 1.
Fragmentation Threshold (Fragmentatiedrempel). Deze waarde geeft de maximale grootte van een pakket aan
voordat de gegevens over meerdere pakketten worden verdeeld. Als er zich veel pakketfouten voordoen, kunt u
de fragmentatiedrempel iets verhogen. Als u de fragmentatiedrempel te laag instelt, kan dat slechte
netwerkprestaties veroorzaken. Het is raadzaam de verlaging van de standaardwaarde tot een minimum te
beperken. In de meeste gevallen kan de standaardwaarde 2346 worden gebruikt.
RTS Threshold (RTS-drempel). Bij een inconsistente gegevensstroom is het raadzaam de standaardwaarde
(2347), slechts licht te wijzigen. Als een netwerkpakket kleiner is dan het formaat van de vooraf ingestelde RTS-
drempel, wordt de RTS/CTS-techniek niet ingeschakeld. De router verzendt Request to Send-frames (RTS) naar
een bepaald ontvangststation en onderhandelt over het verzenden van een gegevensframe. Het draadloze station
reageert op de ontvangst van de RTS met Clear to Send-frame (CTS) ter bevestiging van het recht de overdracht
te beginnen. De RTS-drempel moet op de standaardwaarde 2347 blijven ingesteld.
AP Isolation (AP-isolatie). Hiermee worden alle draadloze clients en draadloze apparaten in uw netwerk van
elkaar geïsoleerd. Draadloze apparaten kunnen communiceren met de router, maar niet met elkaar. Selecteer On
(Aan) als u deze functie wilt gebruiken. AP-isolatie is standaard uitgeschakeld.
SecureEasySetup. Met deze optie kunt u de functie SecureEasySetup in- of uitschakelen. Selecteer Disable
(Uitschakelen) als u de functie wilt uitschakelen. De knop is dan niet langer verlicht. De functie is standaard
ingeschakeld.
Wijzig deze instellingen aan de hand van deze instructies en klik op de knop Save Settings (Instellingen opslaan)
als u de wijzigingen wilt toepassen of klik op Cancel Changes (Wijzigingen annuleren) als u de wijzigingen wilt
annuleren.
Hoofdstuk 6: Het configureren van de Wireless-G-breedbandrouter
46
Het tabblad Wireless (Draadloos) - geavanceerde instellingen voor draadloos netwerk

Publicidad

loading