Meten van de gelijk- of wisselstroomsterkten
Plaats de schakelaar op de functie ampèremeter A.
Open de bek van de klem met de stuurelektrode en voeg de geleider in waarop men de meting
wil uitvoeren.
Laat de stuurelektrode weer los waarbij moet worden gelet op het goede contact van de bekken
om het magnetische circuit weer correct te sluiten.
De overschakeling van reeks en de selectie AC/DC zijn automatisch.
In DC kan de reststroom op nul worden gecorrigeerd door een gehandhaafde drukbeweging op
de toets
.
HOLD
In stroomsterkte DC, bedraagt de max. stroom 400 A.
___
In A DC, geeft de display aan :
verder dan + 399,9 A
OL
___ verder dan – 399,9 A
OL
In A AC, geeft de display
verder dan 600 A piek aan.
OL
Reeks display
A
Meetbereik
0,20 – 39,99 A
Precisie
1,5 % ± 10 punten
Resolutie
10 mA
Meten van temperaturen
Zonder sonde
De meting van de aangegeven temperatuur is die van het toestel, gelijkwaardig aan de omge-
vingstemperatuur, na thermische stabilisatie.
De symbolen T° INT verschijnen op het scherm.
A
A
40,0 – 399,9 A
400 – 600 A piek
1,5 % ± 2 punten
1,5 % ± 2 punten
0,1 A
1 A
37