NEDERLANDS
Koppel 2 tot maximaal 16 apparaten met goede kwaliteit gebalanceerde microfoonkabels aan elkaar.
Het eerste apparaat in de keten zal automatisch als de master fungeren, de andere apparaten zullen
automatisch als slaves fungeren.
Zorg ervoor dat alle apparaten op het lichtnet zijn aangesloten.
Klaar!
Opmerking: U kunt een CA-8 of RF-8 afstandsbediening op het apparaat aansluiten als u meer controle
over de master/slave-werking wilt hebben.
Opmerking 2: als er geen output is, zorg ervoor het eerste apparaat in de master-modus, de blackout-
modus op "NO" en de geluidmodus op "ON" in te stellen (zie vorig hoofdstuk)
Elektrische installatie voor twee of meer apparaten in DMX-master/slave:
In deze modus zullen de apparaten, op het ritme van de muziek werkend, een gesynchroniseerde show
weergeven, maar u kunt nog steeds een aantal functies op de master via 1 of 4 DMX-kanaal bedienen.
Om een goede werking te verzekeren, hebt u een optionele "mini DMX-splitter" nodig om de
master/slave-lijn van de hoofd-DMX-lijn te isoleren, zie tekening.
Koppel 2 tot maximaal 16 apparaten met goede kwaliteit gebalanceerde microfoonkabels aan elkaar.
Het eerste apparaat in de keten zal als de master fungeren, de andere apparaten zullen automatisch als
slaves fungeren.
Stel de master op de 1MSL of 4MSL-kanaalmodus in (zie vorige hoofdstuk). Controleer de DMX-schema
hieronder om het verschil tussen beide kanaalmodi te zien.
Voor de DMX-controller kunnen de master en zijn slaves nu als 1 virtueel effect worden beschouwd dat
een startadres nodig heeft, zodat het zoals elk andere DMX-apparaat in de DMX-keten bestuurd kan
worden: zie "DMX-adres" in het hoofdstuk "Hoofdmenu" om te zien hoe u de DMX-startadres kunt
instellen.
Zorg ervoor dat alle apparaten op het lichtnet zijn aangesloten.
Stel de DMX-controller in overeenkomstig het DMX-schema hieronder.
Klaar!
Opmerking: om goed op het ritme van de muziek te werken, zorg ervoor dat de optie "Geluidmodus" op
de master op "On" is ingesteld (zie vorig hoofdstuk)
BRITEQ
39/74
®
GEBRUIKSAANWIJZING
BT-BEAM60
NEDERLANDS
DMX-grafiek voor 1MSL en 4MSL werkmodi
Elektrische installatie in de DMX-modus:
De DMX-protocol is een veel gebruikte hoge snelheidsignaal om intelligent lichtapparatuur te bedienen.
U moet uw DMX-controller in "daisychain" koppelen en alle aangesloten apparaten met een goede
kwaliteit gebalanceerde kabel linken.
Zowel XLR-3-pins en XLR-5-pins connectors worden gebruikt, maar de XLR-3-pins is populairder omdat
deze kabels compatibel met gebalanceerde audiokabels zijn.
Pinbezetting XLR-3-pins: Pin1 = GND ~ Pin2 = Negatief signaal (-) ~ Pin3 = Positief signaal (+)
Pinbezetting XLR-5-pins: Pin1 = GND ~ Pin2 = Negatief signaal (-) ~ Pin3 = Positief signaal (+) ~
Pinnen 4+5 niet gebruikt.
Om vreemd gedrag van de lichteffecten als gevolg van storingen te voorkomen,
moet u een 90 Ω tot 120 Ω terminator aan het eind van de keten gebruiken.
Gebruik nooit Y-splitter-kabels, dit zal gewoon niet werken!
Zorg ervoor dat alle apparaten op het lichtnet zijn aangesloten.
Elk lichteffect in de keten heeft een goed startadres nodig, zodat het weet welke commando's van de
controller het moet decoderen. In de volgende paragraaf leert u hoe de DMX-adressen in te stellen.
HOE HET JUISTE STARTADRES IN TE STELLEN:
Raadpleeg het vorige hoofdstuk (DMX-512-adresinstelling) om te leren hoe het startadres op dit apparaat in
te stellen. Het startadres van elk apparaat is erg belangrijk. Helaas is het onmogelijk om u in deze
handleiding te vertellen welke startadressen u moet instellen, omdat dit volledig afhangt van de controller die
u zult gebruiken. Dus raadpleeg de gebruikershandleiding van uw DMX-controller om te achterhalen welke
startadressen u moet instellen.
BRITEQ
40/74
®
GEBRUIKSAANWIJZING
BT-BEAM60