815969
Productbeschrijving
1
Snelheidscontroleschijf
2
Aan/uit trekker schakelaar
3
Aan stand vergrendelknop
4
Stofpoort (afgebeeld met adapter bevestigd)
5
Zaagvoet
6
Pendelbeweging schakelaar
7
Zaagblad
8
Geleider vergrendelschroeven
9
Zaagblad vergrendelhendel
10 Beschermkap
11 Laserschakelaar
12 Verstek vergrendelschroeven
13 Parallelgeleider
14 Inbussleutel
15 Reserve koolstofborstels
Gebruiksdoel
Decoupeerzaag met variabele snelheid, voor lichte en middel zware
zaagwerkzaamheden in hout, plastic en dun plaat metaal (met het gebruik
van bepaalde zaagbladen), met laser
Het uitpakken van uw
gereedschap
• Pak uw toestel / gereedschap uit. Inspecteer het en zorg dat u met alle
kenmerken en functies vertrouwd raakt.
• Controleer of alle onderdelen aanwezig zijn en in goede staat verkeren.
Als er onderdelen ontbreken of beschadigd zijn, zorg dan dat deze
vervangen worden voor u dit toestel / gereedschap gebruikt.
Voor gebruik
Het bevestigen van een zaagblad
• Controleer of het juiste zaagblad geselecteerd is voor het uit te voeren
werk
• Maak enkel gebruik van zaagbladen die in goede staat verkeren. Botte,
gebogen en beschadigde bladen horen weggegooid te worden
• Plaats de machine ondersteboven neer en til de beschermkap (10)
omhoog
• Trek de zaagblad vergrendelhendel (9) naar voren en plaats het zaagblad
in de machine zodat het blad tegen de roller aan rust
Let op: Breng wat smeermiddel tussen het zaagblad en de roller aan
wanneer u metaal of andere harde materialen zaagt
• Laat de vergrendelhendel (9) los en trek aan het zaagblad om te
controleren of het goed vast zit
Laser decoupeerzaag, 80 mm
De aansluiting op een stof ontginningssysteem
• De machine is voorzien van een stofpoort (4). De aansluiting op een
stofzuiger of ontginningssysteem is de aanbevolen manier
• Wanneer het gebruik van zuigontginning niet beschikbaar is, sluit u de
machine op een stofzak (niet inbegrepen) aan
WAARSCHUWING: Het stof/zaagsel van sommige houtsoorten (als eik,
mahonie en teakhout) zijn giftig en kunnen extreme reacties veroorzaken.
Ben erg voorzichtig en draag de vereiste beschermingsmiddelen.
WAARSCHUWING: Gebruik geen stofzak bij het zagen van metaal.
Hete metaaldeeltjes en vonken kunnen de zak doen ontbranden. Sluit
de machine bij het zagen van metaal te allen tijde op een werkplaats
ontginningssysteem aan. Maak de machine grondig schoon wanneer
u schakelt van het schuren van metaal naar het schuren van hout, en
andersom.
Het stellen van de pendelbeweging
• De machine is voorzien van een pendelfunctie. De functie zorgt voor
efficiënter zagen
1. Voor het snel zagen van dikke materialen, stelt u de pendelbeweging
schakelaar (6) op een hoog nummer
2. Voor het fijn zagen van dunne materialen, stelt u de pendelbeweging
schakelaar (6) op een laag nummer
Let op: Oefen met de verschillende instellingen voor het verkrijgen van de
beste zaagresultaten
Het stellen van de verstekhoek
• De machine is voorzien van een kantelende voetplaat (5). Zo kan de
machine zowel links als recht tot een hoek van 45° gekanteld worden
1. Om de hoek van de voet aan te passen, draait u de zaagmachine
om en draait u de vergrendelschroeven (11) met behulp van de
inbussleutel (14) los. De zaagvoet kan nu gekanteld worden
2. Stel de voet in de vereiste positie en draai de vergrendelschroeven
vast
Let op: Zorg ervoor dat de voet vergrendelt is voordat u de machine
gebruikt
Het stellen van de zaagsnelheid
• Om de snelheid van de machine aan te passen, draait u de
snelheidscontroleschijf (1). Een hoog nummer duidt op een hogere
snelheid
• Stel de machine op een geschikte snelheid voor het te zagen materiaal
• Voor zachte materialen gebruikt u een hogere zaagsnelheid
• Voor harde materialen gebruikt u een lagere snelheid. Bij het zagen van
metaal maakt u gebruikt van een koel/zaagvloeistof
Gebruik
WAARSCHUWING: Bij het gebruik van de machine is het dragen van een
veiligheidsbril, een geschikt stofmasker, gehoorbescherming en geschikte
handschoenen verplicht
Let op: Voor dat u de machine op uw werkstuk gebruikt, oefent u op een
stuk afvalmateriaal. De juiste instellingen zijn cruciaal voor het verkrijgen
van een goede afwerking. Uw werkstuk raakt bij foute instellingen
gemakkelijk beschadigd
Het hanteren van de zaagmachine
• Zorg dat het werkstuk tijdens het zagen niet kan bewegen. Klem het
werkstuk wanneer mogelijk vast
• Zorg ervoor dat de trekker schakelaar (2) en de aan stand
vergrendelknop (3) niet zijn ingeschakeld voordat u de machine op de
stroombron aansluit
• Houdt de machine stevig, bij het handvat vast. Houd uw handen uit de
buurt van bewegende onderdelen
• Voor sommige werkzaamheden is het aanbevolen de machine in de
aan stand te vergrendelen. Knijp de trekker schakelaar (2) in en druk
de vergrendelknop (3) in. De machine blijft draaien tot u de trekker
schakelaar in knijpt en los laat
WAARSCHUWING: Laat het zaagblad en de motor volledig tot stilstand
komen voordat u de machine neerlegt. Ontkoppel de machine van de
stroombron wanneer de machine onbeheerd achtergelaten wordt
www.silverlinetools.com
37