De robot is speciaal geschikt voor het schoonmaken van harde vloeren, zoals houten vloeren,
tegelvloeren en ook laminaat- of linoleumvloeren. Er kunnen problemen ontstaan bij het reinigen van
zachte vloerbedekking, zoals tapijt of losse vloerkleden. Als u de robot gebruikt op tapijt of losse
vloerkleden, blijf dan de eerste keer in de buurt om na te gaan of de robot goed werkt op dit type
vloerbedekking.
De robot gebruikt infraroodsensoren om te navigeren en kan daarom problemen ondervinden op zeer
donkere en glimmende vloeren. Als u de robot op dergelijke oppervlakken gebruikt, blijf dan de eerste
keer in de buurt om te kijken of de robot goed werkt op een donkere, glimmende vloer.
Hoe uw robot schoonmaakt
Reinigingssysteem
De robot heeft een 2-fasenreinigingssysteem om uw vloeren efficiënt schoon te maken.
- De twee zijborstels helpen de robot in hoeken en langs muren te reinigen. Ze zorgen er ook voor
dat vuil van de vloer wordt verwijderd en naar de zuigopening (Fig. 4) toe wordt geborsteld.
- De zuigkracht van de robot zorgt ervoor dat los stof wordt opgenomen en via de zuigopening naar
de stofbak (Fig. 5) wordt getransporteerd.
Reinigingspatronen
In de modus Automatisch reinigen maakt de robot gebruik van een automatische reeks
reinigingspatronen om elk gebied van de kamer optimaal te reinigen. De volgende reinigingspatronen
worden gebruikt:
1
Z-patroon of zigzagpatroon (Fig. 6)
2 Willekeurig patroon (Fig. 7)
3 Muurvolgend patroon (Fig. 8)
4 Patroon (Fig. 9) voor plaatselijke reiniging
In de automatische modus gebruikt de robot deze patronen in een vaste volgorde: z-patroon,
willekeurig patroon, muurpatroon en patroon voor plaatselijke reiniging.
Wanneer de robot deze vaste reeks patronen heeft voltooid, begint de robot weer van voren af aan
met het Z-patroon. De robot blijft deze vaste reeks van reinigingspatronen gebruiken om een ruimte
te reinigen tot de accu bijna leeg is of tot de robot handmatig wordt uitgeschakeld.
Opmerking (FC8715, FC8710, FC8705): U kunt elke modus ook afzonderlijk selecteren door op de
desbetreffende knop op de afstandsbediening te drukken. Raadpleeg het gedeelte 'Een
reinigingsmodus selecteren' in het hoofdstuk 'Uw robot gebruiken' voor meer informatie.
Hoe uw robot hoogteverschillen vermijdt
De robot heeft drie valsensoren aan de onderkant. De robot gebruikt deze valsensoren om
hoogteverschillen, zoals een trap, te detecteren en te vermijden.
Opmerking: Het is normaal dat de robot zich bij een hoogteverschil iets over de rand beweegt, omdat
de valsensor aan de voorzijde zich achter de bumper bevindt.
Let op: In bepaalde gevallen kunnen de valsensoren een trap of ander hoogteverschil niet op tijd
detecteren. Houd de robot daarom de eerste paar keren dat u het apparaat gebruikt goed in de
gaten, vooral wanneer u de robot in de buurt van een trap of een ander hoogteverschil gebruikt. Het
is belangrijk dat u de valsensoren regelmatig schoonmaakt om ervoor te zorgen dat de robot
hoogteverschillen goed kan blijven detecteren (zie het hoofdstuk 'Schoonmaken en onderhoud'
voor instructies).
Nederlands
65