c) Toestel monteren
• Laat een geschoolde technicus dit toestel installeren conform EN 60598-2-17 en andere toepasselijke normen.
• De constructie waaraan het toestel wordt bevestigd, moet gedurende 1 uur 10 x het gewicht van dit toestel
kunnen dragen zonder te vervormen.
• Maak het toestel ook vast met een veiligheidskabel.
• Sta nooit recht onder het toestel wanneer u het monteert, verwijdert of schoonveegt. Laat het toestel controleren
door een geschoolde technicus voor u het in gebruik neemt en laat het 1 x per jaar volledig nakijken.
• Installeer dit toestel op een plaats waar niemand langs moet lopen, kan neerzitten of het toestel kan aanraken.
• Een degelijke praktijkervaring is vereist voor de plaatsing van dit toestel. U moet de maximumbelasting van de
draagconstructie kunnen berekenen, weten welk constructiemateriaal u kunt gebruiken en u moet het gebruikte
materiaal en het toestel af en toe laten nakijken. Monteer het toestel niet zelf indien u er geen ervaring mee heeft.
Een slechte montage kan leiden tot verwondingen.
• Regel de gewenste invalshoek door middel van de montagebeugel en draai de regelschroeven stevig aan.
• Verwijder alle brandbaar materiaal in een straal van 50cm rond het toestel.
• Een geschoolde elektricien moet het toestel aansluiten.
• Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een dimmerpack.
• De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.
5. Gebruik
a) DMX512-aansluiting
Sluit de meegeleverde XLR-kabel aan op de vrouwelijke 3-pins XLR-
uitgang van uw controller en sluit de andere kant aan op de
mannelijke 3-pins XLR-ingang van de VDP150SC3. U kunt meerdere
VDL150SC3's in serie schakelen. Gebruik een afgeschermde kabel
met XLR-ingangen en uitgangen. Zie de tekening rechts.
b) DMX-512-aansluiting met DMX-terminator
Een DMX terminator is aanbevolen bij een lange DMX-kabel of bij gebruik in een omgeving
met veel elektrische ruis (bv. een discotheek). De terminator verhindert corruptie van het
digitale controlesignaal door elektrische ruis. De DMX terminator is niets meer dan een XLR-
plug met een weerstand van 120 van pin 2 naar 3. Deze XLR-plug wordt dan aangesloten
op de XLR-uitgang van het laatste toestel in de reeks.
c) Startadres bepalen van de DMX-projector
Alle DMX-gestuurde toestellen hebben een digitaal startadres nodig zodat het juiste toestel reageert op de controle-
signalen. Dit digitale startadres geeft aan van op welk kanaalnummer het toestel "luistert" naar het signaal van de
DMX controller. Geef dit startadres in en lees het af van de display op de basis van de VDP150SC3. U kunt één
enkel startadres gebruiken voor een hele groep toestellen of u kunt per toestel een nieuw startadres ingeven.
Wanneer u één enkel startadres instelt, zullen alle toestellen "luisteren" naar 1 bepaald kanaal.Wanneer u de
instellingen voor 1 kanaal verandert, geldt dit dus voor alle toestellen. Wanneer u meerdere adressen instelt, dan
luistert elk toestel naar een ander kanaal, nl. het kanaalnummer dat u
voor dat toestel heeft ingesteld. Met andere woorden: enkel het toestel op
het kanaal waarvan u de instelling verandert, wordt beïnvloed.
Voor de 3-kanaals VDP150SC3 moet u het startadres van het eerste
toestel op 1 zetten, het tweede op 4 (1 + 3), het derde op 7 (4 + 3), enz.
De LED naast de display geeft de status van het DMX-signaal aan: als de
LED knippert, is er een DMX-signaal ; is de LED uit is er geen signaal.
VDP150SC3
7
VELLEMAN