tussen de accucontacten kan brandwonden of brand tot
gevolg hebben.
d) Bij verkeerd gebruik kan vloeistof uit de accu
lekken. Voorkom contact. Spoel bij onvoorzien
contact met water af. Wanneer de vloeistof in
de ogen komt, dient u bovendien een arts te
raadplegen. Gelekte accuvloeistof kan tot huidirritaties
en verbrandingen leiden.
e) Gebruik accu of gereedschap niet, als deze
beschadigd of veranderd zijn. Beschadigde of
veranderde accu's kunnen onvoorspelbaar gedrag
vertonen, waardoor een brand, explosie of het gevaar
van letsel kan ontstaan.
f) Stel accu of gereedschap niet bloot aan vuur
of overmatige temperaturen. Blootstelling aan
vuur of temperaturen boven 130°C kan een explosie
veroorzaken.
g) Volg alle aanwijzingen voor het laden en laad
de accu of het gereedschap niet buiten het
temperatuurbereik dat in de aanwijzingen is
vermeld. Verkeerd laden of laden bij temperaturen buiten
het vastgelegde bereik kan de accu beschadigen en het
risico van brand vergroten.
6) SERVICE
a) Laat het gereedschap alleen repareren door
gekwalificeerd en vakkundig personeel en
alleen met originele vervangingsonderdelen.
Daarmee wordt gewaarborgd dat de veiligheid van het
gereedschap in stand blijft.
b) Voer nooit servicewerkzaamheden aan beschadigde
accu's uit. Service van accu's dient uitsluitend te
worden uitgevoerd door de fabrikant of erkende
servicewerkplaatsen.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR KETTINGZAGEN
•
Kinderen en jongeren, met uitzondering van
jongeren in opleiding van 16 jaar en ouder onder
toezicht, mogen de kettingzaag niet bedienen.
Hetzelfde geldt voor personen die niet of
onvoldoende bekend zijn met de omgang met de
kettingzaag. De gebruiksaanwijzing moet altijd binnen
handbereik zijn. Personen die oververmoeid of niet
lichamelijk belastbaar zijn, mogen de kettingzaag niet
bedienen.
•
Houd bij een lopende zaag alle lichaamsdelen
uit de buurt van de zaagketting. Controleer voor
het starten van de zaag dat de zaagketting niets
aanraakt. Bij werkzaamheden met een kettingzaag
kan een moment van onoplettendheid ertoe leiden dat
kleding of lichaamsdelen door de zaagketting worden
meegenomen.
•
Houd de kettingzaag met uw rechterhand aan de
achterste handgreep en met uw linkerhand aan
de voorste handgreep vast. Als u de kettingzaag
anders vasthoudt, loopt u een hoger risico op
verwondingen. Houd de kettingzaag daarom alleen zoals
voorgeschreven vast.
•
Houd het gereedschap uitsluitend vast aan
de geïsoleerde grijpoppervlakken, omdat de
kettingzaag verborgen bedrading kan raken.
Wanneer een kettingzaag een onder spanning staande
leiding raakt, kunnen blootliggende metalen delen van
het gereedschap onder spanning komen te staan en de
gebruiker een elektrische schok geven.
•
Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming.
Overige beschermende uitrusting voor hoofd,
handen, benen en voeten wordt geadviseerd.
Passende beschermende kleding vermindert het
verwondingsgevaar door rondvliegend spaanmateriaal
en toevallig aanraken van de zaagketting.
•
Werk met de kettingzaag niet op een boom. Bij
gebruik van een kettingzaag op een boom bestaat
verwondingsgevaar.
•
Let er altijd op dat u stevig staat en gebruik de
kettingzaag alleen als u op een stevige en vlakke
ondergrond staat. Een gladde of instabiele ondergrond
kan, in het bijzonder bij het gebruik van een ladder, tot
het verlies van de controle over uw evenwicht en de
kettingzaag leiden.
•
Houd er bij het afzagen van een onder spanning
staande tak rekening mee dat deze terugveert. Als
de spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de gespannen
tak de bediener raken, of kan deze de bediener de
controle over de kettingzaag doen verliezen.
•
Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van laag
houtgewas en jonge bomen. Het dunne materiaal kan
in de zaagketting blijven hangen en op u slaan of u uit het
evenwicht brengen.
•
Draag de kettingzaag aan de voorste greep
in uitgeschakelde toestand, de zaagketting
van uw lichaam afgewend. Breng altijd de
veiligheidsafscherming aan voordat u de
kettingzaag vervoert of opbergt. Een zorgvuldige
omgang met de kettingzaag vermindert de kans op per
ongeluk aanraken van de lopende zaagketting.
•
Volg de aanwijzingen voor het smeren, de
kettingspanning en het wisselen van toebehoren op.
Een onjuist gespannen of gesmeerde ketting kan breken
of het terugslagrisico verhogen.
•
Houd handgrepen droog, schoon en vrij van olie en
vet. Vettige grepen met olie zijn glad en leiden tot het
verlies van de controle over de kettingzaag.
•
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag alleen
voor werkzaamheden waarvoor deze bestemd is
(bijv. gebruik de kettingzaag niet voor het zagen
van plastic, metselwerk of bouwmaterialen die niet
van hout zijn). Het gebruik van de kettingzaag voor
werkzaamheden waarvoor deze niet bestemd is, kan tot
gevaarlijke situaties leiden.
OORZAKEN EN VOORKOMING VAN TERUGSLAG
•
Terugslag kan optreden als de punt van de geleidingsrail
een voorwerp raakt of als het hout buigt en de
zaagketting in de groef wordt vastgeklemd
•
Een aanraking met de punt van de geleidingsrail kan
in veel gevallen tot een onverwachte en naar achteren
gerichte actie leiden, waarbij de geleidingsrail omhoog
en in de richting van de bediener wordt geslagen
•
Het vastklemmen van de zaagketting aan de bovenkant
van de geleidingsrail kan de geleidingrail snel in de
richting van de bediener terugstoten
•
Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat u de controle
over de zaag verliest en u zich mogelijk ernstig verwondt
(vertrouw niet uitsluitend op de in de kettingzaag
ingebouwde veiligheidsvoorzieningen; als gebruiker van
een kettingzaag dient u verschillende maatregelen te
treffen om zonder ongevallen en zonder verwondingen te
kunnen werken)
•
Een terugslag is het gevolg van het verkeerd gebruik of
onjuiste gebruiksomstandigheden van het elektrische
35