RRC13
RRC 13N
• Breng de naaldenset (j; 68) aan, zie Fig.
Gebruik altijd complete naaldensets van dezelfde lengte om ervoor te zor-
gen dat de volledige capaciteit van de machine kan worden gebruikt.
Luchtkwaliteit
• Voor optimale prestaties en een maximale levensduur van de machine raden
wij het gebruik van perslucht met een maximaal dauwpunt van +10°C aan.
Ook de installatie van een Atlas Copco luchtdroger van koelingtype wordt
aanbevolen.
• Gebruik een afzonderlijk luchtfilter van het type Atlas Copco FIL. Dit ver-
wijdert vaste deeltjes groter dan 15 micron en meer dan 90% van vloeibaar
water. Monteer het filter zo dicht mogelijk bij de machine, vóór enige ande-
re unit voor het prepareren van lucht zoals REG of DIM (zie a.u.b. Luchtlei-
dingsaccessoires in onze hoofdcatalogus). Blaas de slang uit alvorens deze
aan te sluiten.
Modellen die luchtsmering nodig hebben:
• De perslucht moet een kleine hoeveelheid olie bevatten.
Wij raden u sterk aan een DIM olienevelaar van Atlas Copco te installeren.
Deze moet worden ingesteld op luchtgebruik via het luchtleidingsgereed-
schap, conform de volgende formule:
L = Luchtverbruik (liter/s).
(Is te vinden in onze verkoopliteratuur).
D = Aantal druppels per min. (1 druppel = 15 mm3)
L* 0,2 = D
dit geldt voor het gebruik van luchtleidingsgereedschappen met lange draai-
cycli. Voor gereedschappen met korte draaicycli kan er ook een Atlas
Copco eenpuntssmeertoestel van het type Dosol gebruikt worden.
Informatie over Dosol-instellingen is te vinden onder Luchtleidingsaccessoi-
res in onze hoofdcatalogus.
Smeringsvrije modellen:
• Bij smeringsvrije gereedschappen is het aan de klant om te bepalen welke
randapparatuur er zal worden gebruikt. Maar het is niet ongunstig wanneer
de perslucht een kleine hoeveelheid olie, bijv. geleverd vanuit een DIM olie-
nevelaar of Dosol-systeem, bevat.
Dit is niet van toepassing op turbinegereedschappen, die vrij van olie moe-
ten blijven.
NL
© Atlas Copco Industrial Technique AB - 9836 978500 00
Veiligheids- en bedienings-voorschriften
79