Sneltoetsen instellen
Gebruik sneltoetsen om veelgebruikte menuopties te openen.
Menusneltoetsen maken
Navigeer naar de menuopties en houd de toets Menu ingedrukt
wanneer de betreffende optie is gemarkeerd.
Lijst van menusneltoetsen
Druk op de toets Menu en kies Meer . . . > Sneltoets > <naam
van sneltoets> om specifieke sneltoetsen op te zoeken.
Menusneltoetsen gebruiken
Druk in het standaarddisplay op de toets Menu en op de
cijfertoets(en) die aan de sneltoets is (zijn) toegewezen.
Het display
Wanneer u de MTM800 Enhanced aanzet, verschijnen er een
aantal symbolen waarmee het volgende wordt aangegeven.
Statussymbolen
Statussymbolen verschijnen als uw terminal bepaalde activiteiten
uitvoert of om aan te geven dat bepaalde functies zijn geactiveerd.
Statussymbool
Trunked Mode Operation (TMO)
t/m
Direct Mode Operation (DMO)
Signaalsterkte
Hiermee kunt u de signaalsterkte controleren. Hoe meer
balkjes, hoe sterker het signaal.
Geen service
Scan
Geeft aan dat het scannen op de MTM800 Enhanced is
geactiveerd.
Dataverbinding
Dit symbool wordt weergegeven wanneer er een geslaagde
verbinding is gerealiseerd tussen de MTM800 Enhanced en
een extern apparaat en er data kan worden verstuurd.
Gegevens verzenden/ontvangen
Dit symbool wordt weergegeven wanneer de MTM800
Enhanced gegevens naar een extern apparaat (laptop
of desktopcomputer) verzendt of daarvan ontvangt.
Geen nummer – stand-bygegevenssessie.
Nummer 1, 2, 3, of 4 – geeft een actieve gegevenssessie
aan met een bandbreedte van 25%, 50%, 75%, of 100%.
Signaalsterkte
Geeft een inkomende DMO-groepsoproep aan.
Beschrijving
19