ENGLISH |
NEDERLANDS
| DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS
3.0 TELLEN
3.1 Telmodi
Bij deze machine hebt u de keuze uit twee telmodi: automatisch en manueel.
3.1.1 Automatisch (standaard)
Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord 'YES' verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat
de machine zich in de automatische telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen.
Onmiddellijk nadat er bankbiljetten op de trechter zijn geplaatst, begint het apparaat automatisch te tellen.
3.1.2 Manueel
Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord 'NO' verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat de
machine zich in de manuele telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen.
Wanneer ze in de manuele modus staat, begint de machine te tellen nadat de [START]-knop werd ingedrukt.
Opgelet: De machine start altijd op in de laatst gekozen telmodus.
3.2 Juist invoeren van bankbiljetten
Plaats een stapel bankbiljetten in het midden van de trechter en begin te tellen. Plaats de bankbiljetten tussen
de daarvoor voorziene geleiders, zoals dat in afbeelding 1 hieronder wordt weergegeven. Druk de bankbiljetten
vervolgens snel naar achteren tegen de trechterplaat (afbeelding 2).
Image 2
Image 1
3.3 Telresultaten
Op het [COUNT] scherm verschijnt het aantal getelde bankbiljetten. Verwijder na afloop van de eerste telling de
getelde bankbiljetten van de stapelaar en begin met een tweede telling. Het aantal bankbiljetten dat al werd geteld,
wordt niet meer op het [COUNT] scherm, maar wel op het [CHECK] scherm weergegeven. Op het [COUNT] scherm
verschijnt nu het aantal van de tweede telling. Op die manier kan de gebruiker nagaan of het apparaat de biljetten
juist telt.
4.0 OPTEL- EN AFPASFUNCTIE
4.1 Optelfunctie (ADD)
Met behulp van de optelfunctie kunt u telresultaten bij elkaar optellen. Met behulp van deze functie kunt u nieuwe
telresultaten optellen bij eerder verkregen telresultaten. Deze functie komt van pas als u meer bankbiljetten moet
tellen dan de capaciteit van de trechter toelaat. De telresultaten worden op het digitale hoofdscherm weergegeven.
Als u één keer op de [ADD] drukt, laat de machine een piepsignaal horen en begint het ADD-verklikkerlampje te
branden. Hiermee wordt aangeduid dat de optelfunctie geactiveerd is. Druk opnieuw op [ADD] om de optelfunctie uit
te schakelen. Het ADD-verklikkerlampje gaat uit.
Opgelet: Wanneer het apparaat na het uitschakelen opnieuw wordt opgestart, start het met de optelfunctie: uit
15