NL
Inhoudstafel
........................................................
................................................................................................
..............................................................................................
...............................................................
.....................................................................................
..................................................................................
............................................................................
...........................................................................................
...........................................................................
.............................................................................................
.................................................................................................
Specificaties
..........................................................................................
2
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Dit product is ontworpen en geproduceerd teneinde uw persoonlijke veiligheid
3-4
te garanderen bij normaal gebruik. Ongepast gebruik kan echter leiden tot elektris
che schokken of brandgevaar. Gelieve vóór gebruik alle veiligheids- en
4
bedieningsvoorschriften zorgvuldig te lezen, en deze te bewaren naar de toekomst toe.
Let vooral op alle waarschuwingen die zijn opgenomen in deze instructies en die
5
voorkomen op het toestel zelf.
1. Water en vocht
6-8
Dit toestel mag niet in de buurt van water gebruikt worden, zoals o.a. een badkuip,
gootsteen, wasbak, zwembad of kelder.
8
2. Ventilatie
Dit toestel dient zodanig geplaatst te worden dat een degelijke ventilatie mogelijk is.
9
Zo mag het bijvoorbeeld niet geplaatst worden in de buurt van een bed, tapijt of andere
oppervlakken die mogelijk ventilatie openingen kunnen verstoppen.
9
niet belemmerd worden door de verntilatie-openingen te bedekken met items als kranten,
tafelkleden, gordijnen etc.
Het mag ook niet in een ingebouwde omgeving geplaatst
worden, zoals een (boeken)kast, die mogelijk
10
de luchtstroom door de ventilatie openingen kan hinderen.
3. Hitte
& Vlammen
10
Dit toestel mag niet in de buurt van warmtebronnen als radiatoren, hitteroosters, kachels
of andere apparatuur (inclusief versterkers) geplaatst worden.
11
zoals brandende kaarsen, mogen op het apparaat geplaatst worden.
4. Stroombron
12
Dit toestel dient aangesloten te worden op een stroombron zoals beschreven in de
handleiding of zoals aangeduid op het toestel zelf.
ontkoppelapparaat, dan zal het ontkoppelapparaat klaar voor gebruik blijven.
12
5. Bescherming stroomsnoer
Stroomsnoeren moeten zodanig geleid worden, dat er niet op getrapt wordt en dat ze
niet gekneld raken door objecten die erop of ertegen geplaatst werden. Het is best
voldoende ruimte te voorzien vanwaar het snoer het toestel verlaat tot waar het in een
wisselstroom stopcontact wordt gestoken.
6. Schoonmaken
Dit toestel dient schoongemaakt te worden volgens de voorschriften. Zie onderdeel
"Onderhoud" van deze handleiding, voor schoonmaakinstructies.
7. Binnendringen van voorwerpen en vloeistoffen
Vermijd dat voorwerpen in het toestel vallen of dat er vloeistoffen gemorst worden in
(ventilatie)openingen van het toestel.
spatten en objecten gevuld met water zoals vazen mogen niet op het apparaat geplaatst
worden.
8. Accessoires
Gebruik geen accesoires die niet goedgekeurd werden door de producent.
9. Bescherming tegen bliksem en stroomstoten
Ontkoppel het toestel van het stopcontact wanneer u het lange tijd niet gebruikt.
Zo voorkomt u schade aan het toestel, die veroorzaakt kan worden door bliksem en
stroomstoten.
10. Overbelasting
Voorkom dat stopcontacten, verlengsnoeren of stekkers overbelast raken, daar
dit brand of elektrische schokken tot gevolg kan hebben.
NL
De ventilatie mag
Geen open vuurbronnen
Als de stekker wordt gebruikt als het
Het mag niet blootgesteld worden aan druppels of
3