Handsetnaam
Wanneer u bij het basisstation meer dan een handset gebruikt, kan er voor elke handset een
persoonlijke naam worden ingesteld, zodat u deze gemakkelijk elkaar kunt onderscheiden. Een
naam kan maximaal 10 tekens lang zijn.
1. Druk op Menu, blader Omlaag naar 'PERSONAL SET' en druk daarna op Menu.
2. Blader Omlaag naar 'HANDSET NAME' en druk op Menu.
3. Voer de naam van de nieuwe handset in en druk op Menu om te bevestigen.
Als u de huidige naam wilt verwijderen of een fout hebt gemaakt, drukt u op Telefoonboek om het
laatste teken of cijfer te verwijderen. Raadpleeg 'Namen invoeren' en 'Schrijftips' op pagina 17.
Automatisch antwoord
De telefoon is zodanig ingesteld dat u oproepen kunt beantwoorden door de handset van het
basisstation of de lader te nemen. Deze functie kan worden uitgeschakeld, zodat oproepen alleen
kunnen worden beantwoord door op Spreken te drukken.
1. Druk op Menu, blader Omlaag naar 'PERSONAL SET' en druk daarna op Menu.
2. Blader Omlaag naar 'AUTO ANSWER' en druk daarna op Menu.
3. Druk op Omhoog of Omlaag om 'ON' of 'OFF' te selecteren.
4. Druk op Menu om te bevestigen of op Telefoonboek om terug te gaan naar het vorige menu.
Taal
1. Druk op Menu, blader Omlaag naar 'PERSONAL SET' en druk daarna op Menu.
2. Blader Omlaag naar 'LANGUAGE' en druk daarna op Menu.
3. Druk op Omhoog of Omlaag om de gewenste taal te selecteren.
4. Druk op Menu om te bevestigen of op Telefoonboek om terug te gaan naar het vorige menu.
Niet storen
1. Druk op Menu, blader Omlaag naar 'PERSONAL SET' en druk daarna op Menu.
2. Blader Omlaag naar 'DONOTDISTURB' en druk daarna op Menu.
3. Druk op Omhoog of Omlaag om 'ON' of 'OFF' te selecteren.
4. Druk op Menu om te bevestigen of op Telefoonboek om terug te gaan naar het vorige menu.
KENNISGEVING
Wanneer Niet storen is ingeschakeld, wordt DONOTDISTURB
weergegeven op het scherm van alle handsets die bij het basisstation zijn
geregistreerd.
163