3. Opladen afgerond: led uit.
4. Storing: led knippert.
Goed om te weten
• Tijdens het opladen kunnen de eenheden warm worden, maar
ze koelen na het opladen geleidelijk af.
• De oplaadtijd kan variëren afhankelijk van de batterij-/
accucapaciteit van de eenheid, het laadniveau, de leeftijd van
de batterij/accu en de omgevingstemperatuur.
• Bewaartemperatuur voor de lader: -20°C tot 25°C.
• Werktemperatuur voor de lader: 0°C tot 40°C.
• Haal de lader voor het reinigen of wanneer deze niet wordt
gebruikt uit het stopcontact.
• Reinig de lader met een vochtig doekje. Niet onderdompelen
in water.
Aanbevolen voorzichtigheidsmaatregelen en technische
gegevens:
Zie de achterkant van de lader.
Bewaar deze aanwijzingen voor toekomstig gebruik.
19