ZTS 0201
Opheffen van storingen
Het eventuele zoeken naar oorzaken van storingen resp. het opheffen hiervan mag uitsluitend door ter plaatse
erkende en gekwalificeerde vakmensen (elektriciens) worden uitgevoerd. In ieder geval dient het apparaat
voordat de afdekkap wordt geopend, spanningsvrij te worden geschakeld.
A
Wanneer het water vanaf het begin ondanks het feit dat de stelknevel
kouder blijft dan ca. 70°C, moet worden gecontroleerd of de beide voelers van de thermostaat in de
juiste volgorde en tot aan de eindaanslag in de buis voor de bescherming van de voelers geschoven zijn
(zie punt 9) zijn geschoven. Controleer ook of de R 1½" mof niet langer is dan 100 mm.
B
Indien de zekering die op de verwarming voorgeschakeld is of de FI-veiligheidsschakelaar herhaaldelijk
aanspreken, terwijl de toevoerleiding en de aansluiting in orde zijn (geen blanke kabels etc.), betekent dit
dat het verwarmingselement defect is en vervangen moet worden.
C
Wanneer er water door de schroefflens G 1½" of door de verwarmingselementen in de afdekkap door-
dringt, moet het complete apparaat vervangen worden. Treedt deze fout tijdens de garantie op
(12 maanden vanaf de inbouw), dan dient u de installateur te raadplegen. De complete warmwaterinstal-
latie dient op galvanische spanningsreeksen te worden gecontroleerd (materiaalmix, oploselektroden
etc.). Indien sprake is van galvanische corrosie waarop wij geen invloed hebben, wordt er geen garantie
gegeven.
D
Wanneer (een) zekering(en) en de FI-veiligheidsschakelaars niet aanspreken maar er desondanks geen
warm water beschikbaar is, dan dienen de volgende punten te worden gecontroleerd:
1. Is de netaansluiting van het verwarmingsapparaat in orde?
2. Controleer met de stelknevel
in de hoogste stand aan de hand van het schakelschema of de ther-
7
mostaat 'doorvoer' heeft (pieptoon).
E
Is er geen 'doorvoer' in de thermostaat, demonteer deze dan en druk op de 'Reset'-toets(en) van de tem-
peratuurbegrenzer onderaan de behuizing van de thermostaat (2 stuks – wit). Voer de controle nog eens
uit of de thermostaat 'doorvoer' heeft. Heeft de thermostaat nog steeds geen 'doorvoer', dan is hij defect
en moet vervangen worden.
F
Wanneer de temperatuurbegrenzer aangesproken heeft – er moest op de 'Reset'-toets(en) gedrukt
worden – dan moet de oorzaak hiervan op de volgende manier worden vastgesteld:
1. Controleer aan de hand van het schakelschema of de thermostaat schakelt. Verwarm voor dit doel de
langere, iets dunnere voeler van de thermostaat op 30 tot 50°C en controleer de functie door de rege-
laaras op 'warmer' en 'kouder' te draaien (verbreekcontact). Is er geen functie, dan is de thermostaat
defect en moet hij vervangen worden.
2. Wanneer de functie van de thermostaat gegarandeerd is, moet u de verwarmingselementen op te
ernstige kalkafzettingen controleren. Eventueel moet u de verwarmingselementen ontkalken.
Telkens wanneer er een storing is opgeheven, moet het inschroefbare verwarmingselement weer volgens de
handleiding gemonteerd en in bedrijf gesteld worden.
30 VELUX
in de hoogste stand is gezet
7
Thermostaat
Voeler
Voelerleidingen
Schuif de beide sensoren minstens 330 mm naar binnen toe
(tot aan de eindaanslag in de buis)
ZTS 0201
31 VELUX