watertank vol is. De luchtvochtigheidsgraad kan worden ingesteld van 35% tot 80% met intervallen van 5%. De compressor
werkt tot de gewenste luchtvochtigheid wordt bereikt. Het apparaat schakelt in de "Fan"-modus en de ventilator zal de lucht in
de ruimte verdelen.
TIMER-FUNCTIE:
Uitschakeltijd:
- Druk op de TIMER-toets terwijl het apparaat loopt om de uitschakeltijd te bepalen. Gebruik daarvoor de Up- of Down-toets.
- De tijd kan in uren (0-24h) worden ingesteld.
Inschakeltijd:
- Druk op de TIMER-toets terwijl het apparaat uitgeschakeld is om de inschakeltijd te bepalen.
- De tijd kan in uren (0-24h) worden ingesteld.
BESCHERMING TEGEN VORST Het apparaat beschikt over een functie voor bescherming tegen vorst. Deze schakelt
automatisch in zodra de binnensensor een lage temperatuur heeft gemeten; het lampje "Defrost" gaat branden. Als de
temperatuur in de ruimte tussen 5 °C en 12 °C ligt, schakelt deze functie elke 30 minuten in. Als de temperatuur in de ruimte
tussen 12°C en 20°C ligt, schakelt deze functie elke 45 minuten in. Als de functie voor bescherming tegen vorst inactief wordt,
schakelt het apparaat automatisch om in de vooraf ingestelde modus.
AANDUIDING "WATERTANK VOL": Deze functie schakelt in zodra de watertank vol is, verwijderd is of niet goed is
geplaatst. De indicator brandt rood en er klinkt een waarschuwingssignaal.
IONISATOR: Activeer deze functie om de lucht in de ruimte vers te houden. Zodra u op de ION-toets drukt, gaat het
bijbehorende controlelampje branden.
Display:
- Zodra het apparaat ingeschakeld is, wordt de luchtvochtigheidsgraad van de ruimte automatisch gemeten en weergegeven
op het display.
- Zodra de gewenste ontvochtigingsgraad is ingesteld, verschijnt deze op het display.
- Zodra de Timer-functie is geactiveerd, knippert de ingestelde tijd een aantal seconden op het display, daarna wordt de
luchtvochtigheidsgraad van de ruimte weergegeven.
Opmerking: Als de luchtvochtigheid in de omgeving lager dan 20% is, geeft het display "LO" aan. Als de luchtvochtigheid in
de omgeving hoger dan 90% is, geeft het display "HI" aan.
Compressor: Als de luchtvochtigheid in de ruimte 2% minder is dan de geselecteerde luchtvochtigheid, schakelt de
compressor automatisch uit. Tegelijkertijd zorgt de ventilatormodus ervoor dat er zich geen stilstaande lucht in de ruimte
bevindt. Het apparaat zal zo een minimale hoeveelheid energie verbruiken.
De compressor beschikt eveneens over een beschermfunctie. Deze vraagt automatisch en naar behoefte een nieuwe start
ca. 3 minuten na de start van het apparaat of een modusschakeling.
Na de ingebruikname raden we u aan het apparaat ca. 10 minuten te laten afkoelen voor het weer in gebruik wordt
genomen, om de compressor te beschermen.
Automatische restart: Als het apparaat zich onverwacht uitschakelt, bijv. vanwege stroomuitval, zal het opnieuw starten in
de vooraf ingestelde modus.
Was drogen: U kunt het apparaat gebruiken om uw was sneller te drogen. Stel de ontvochtigingsgraad in op 35%-50%. 35%
betekent sneller droger; het apparaat wordt actief tot de watertank vol is. Schakel bovendien de ventilatorfunctie (FAN) in; zet
de lamellen vast in een hoek van 45° of laat ze continu kantelen.
Leg geen was op het apparaat. Zorg ervoor dat het apparaat niet geblokkeerd wordt door de was; houd een
veiligheidsafstand van min. 1,5 meter aan.
Condenswaterafvoer
Watertank:
Zodra de watertank vol is, wordt het lampje watertank vol rood; er klinkt een alarmsignaal.
-
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact.
-
Trek de watertank voorzichtig uit het apparaat, verwijder het tankdeksel en kiep het water eruit.
-
Vervolgens plaats u het deksel weer terug en schuift u de watertank voorzichtig in het apparaat.
-
Opmerking: Reinig om schimmel en bacteriën te vermijden, de watertank regelmatig. Vul deze met schoon water en
wat schoonmaakmiddel. De tank moet worden geschud en vervolgens worden geleegd en gespoeld met schoon
water. Houd er rekening mee dat de watertank niet vaatwasserbestendig is.
Continue condenswaterafvoer:
U vindt de drainageopening op de achterzijde van het apparaat.
-
Verwijder de stop.
-
Plaats een drainageslang (niet meegeleverd) in de opening, plaats het andere uiteinde van de slang in een
-
opvangbak en laat het water eruit stromen.