Bediening
Starten en stoppen
Bedieningsknoppen
1. Zorg ervoor dat het gereedschap
in goede conditie is.
2. Steek de stekker in het
stopcontact.
3. Druk de trekkerschakelaar (7)
in om de boor te starten en laat
de trekker los wanneer u wilt
stoppen.
4. Druk op de vergrendelknop (5)
terwijl u de trekker ingedrukt
houdt als u continu wilt
doorwerken. Om de
vergrendelknop te ontgrendelen,
drukt u op de schakelaar en laat deze daarna weer los.
Trekkerschakelaar variabele snelheid
1. U kunt de snelheid van de boor instellen tussen nul en
maximaal door de druk op de trekker te variëren. Hoe
harder u op de trekker drukt, des te sneller de boor werkt.
Instellen snelheid
1. U kunt de maximale snelheid
veranderen door de
snelheidsknop (8) op de
trekkerschakelaar te draaien.
De rotatierichting omkeren
De schakelaar vooruit/achteruit
(6) bepaalt de rotatierichting
van het gereedschap.
1. Om rotatie vooruit te kiezen
laat u de trekkerschakelaar los
en drukt u de schakelaar
vooruit/achteruit naar de
linkerkant van het gereedschap.
2. Voor de omgekeerde richting drukt u de schakelaar vooruit
achteruit naar de rechterkant van het gereedschap.
LET OP. Elke poging om de rotatierichting om te keren
terwijl de boor draait, zal de schakelaar waarschijnlijk
permanent beschadigen.
Keuzeknop boren/hameren
U kunt de boor zowel gebruiken voor hameren als voor
normaal boren.
1. Gebruik de keuzeknop
boren/hameren om te kiezen
voor hameren of boren. Het
symbool van de actie die
u gekozen hebt staat op elke
kant van de boor.
2. Druk de keuzeknop naar om
te hameren.
3. Druk de keuzeknop naar om te boren.
LET OP. Wijzig de stand alleen wanneer de boor volledig tot
stilstand is gekomen.
OPMERKING. Hamerend boren mag alleen worden gedaan
in voorwaartse richting.
21
NL