Gebruikershandleiding
2. Gebruiksaanwijzingen
De klimaatklasse is aangegeven op het plaatje dat in het toestel is aangebracht.
SN of uitgebreide gematigde klasse (omgevingstemperatuur tussen 10°C en 32°C);
N of gematigde klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 32°C);
ST of subtropische klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 38°C);
T of tropische klasse (omgevingstemperatuur tussen 16°C en 43°C).
2.1 De temperatuur met de thermostaat instellen
U kunt de temperatuur van de koelkast continu instellen met behulp van de thermostaat.
U kunt de thermostaat uitschakelen door hem helemaal linksom te draaien.
Schakel het apparaat uit door aan de draaiknop te draaien tot u een lichte weerstand
heeft overschreden. De positie van de thermostaat draaiknop hangt af van het soort
koelkast.
Stel de temperatuur als volgt in: Draai de thermostaat rechtsom en de temperatuur
neemt af. Draai hem linksom en de temperatuur neemt toe.
We raden u aan de temperatuur in te stellen op 5-6°C. De buitentemperatuur beïnvloedt
de temperatuur van de koelkast. De juiste binnentemperatuur kan daarom moeilijk
worden behouden als de koelkast aan warmte en direct zonlicht wordt blootgesteld.
Thermostaatknop
145