3. Richtlijnen voor het
aanbrengen van de
oormicrofoon.
Afbeelding 3: oortelefoon
in het oor plaatsen.
Afbeelding 5: het snoer
achter het oor leggen. Dit
helpt de oortelefoon op
zijn plaats te houden.
Afbeelding 4:
oortelefoon goed in het
oorkanaal duwen. Zorg
dat de oortelefoon
comfortabel en goed in
uw oor zit.
Afbeelding 6:
oortelefoon met de
portofoon testen. De
helderheid van het geluid
kan van gebruiker tot
gebruiker verschillen,
afhankelijk van de
passing van de
oortelefoon.
4
Oorkanaal