Onderhoud en service
Bij onderhoud, waarbij personen door bewegende of spanningvoerende delen gevaar lopen, moet de ZEPHYR door het loskoppelen
van de stekker of het uitschakelen van de hoofdschakelaar en deze tegen weer inschakelen te beveiligen, van het net worden afgekoppeld.
Onderhoud niet uitvoeren aan een bedrijfswarme ZEPHYR (gevaar op verwondingen door hete machinedelen).
1. Smering (figuur
,
,
en
Het olieniveau in het oliepeilglas dient maandelijks gecontroleerd te worden.
Bij het bijvullen van olie dient de ZEPHYR te worden uitgeschakeld en tot atmosferische toestand belucht te worden.
Olie verversen dient bij een schone toepassing elke 5000 uur te worden uitgevoerd (zie olieaftapschroeven (K)).
De viscositeit van de olie moet volgens ISO-VG 150 en DIN 51519 zijn. Omschrijving volgens DIN 51502: CLP HC 150.
We adviseren de volgende oliesoorten: GEAR-LUBE 150 of equivalente oliën van andere fabrikanten (zie ook het olietypeplaatje (M)).
Opmerking
Bij het wisselen van een oliesoort het oliecarter helemaal aftappen.
De afgewerkte olie dient volgens de geldende milieuwetgevingen te worden afgevoerd.
VLR 400 / 500:
De lagers van de VLR 400 / 500 dienen elke 5000 bedrijfsuren of elke twee jaar te worden gesmeerd met 30 gram vet (zie de 2 smeernippels (L)).
Wij adviseren Klüber PETAMO GY 193 of gelijkwaardige vetsoorten (zie olietypeplaatje (M)).
Opmerking
Dit smeervoorschrift geldt bij een toepassing bij 20 C omgevingstemperatuur. Bij 40 C dienen de genoemde tijden gehalveerd te worden.
2. Beschermingsfilter
Bij onvoldoende onderhoud van het beschermingsfilter verminderd de capaciteit van de ZEPHYR.
Het aan de aanzuigzijde ingebouwde beschermingsfilter is afhankelijk van de verontreinigde media meer of minder vaak door schoon te blazen
te reinigen.
L
L
O
M
)
K
I
H
N
H
I
K
M
- 3 -
Q
VLR 400 / 500