4. Speciale veiligheidsinstructies
4.1
Inleiding
• Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Maak u vertrouwd met de bedieningselementen
en het juiste gebruik van de machine.
• Het is niet toegestaan dat kinderen, personen
met beperkte fysieke, sensorische of psychische
vaardigheden of een gebrek aan ervaring en/of
kennis, of personen die niet op de hoogte zijn van
deze instructies, deze machine gebruiken.
Plaatselijke voorschriften kunnen de leeftijd van
de bediener beperken.
• Kinderen dienen onder toezicht te staan om
ervoor te zorgen dat zij niet met het apparaat
spelen.
• Gebruik de machine niet als personen, in het
bijzonder kinderen, of huisdieren in de buurt zijn.
• De gebruiker is verantwoordelijk voor letsel of
materiële schade aan andere personen of diens
eigendom.
• Geen veranderingen aan het apparaat uitvoeren.
• Nationale voorschriften kunnen het gebruik van
het gereedschap beperken.
4.2
Voorbereiding
• Draag tijdens het gebruik van het gereedschap
altijd stevig, slipvast schoeisel en een lange,
resistente broek. Gebruik de machine niet met
blote voeten of open schoeisel. Draag geen
loszittende kleding of kleding met los hangende
koorden of bandjes. Draag altijd
gezichtsbescherming en een veiligheidsbril.
Draag veiligheidshandschoenen.
• Bij gebruik van het mes: stevig, slipvast schoeisel
met stalen neus dragen.
• Controleer het toepassingsgebied van het
gereedschap grondig en verwijder alle
voorwerpen die door het gereedschap kunnen
worden vastgegrepen en weggeslingerd.
• Verwijder de verlengkabel uit het
toepassingsgebied van het gereedschap. Het
contact met een onder spanning staande kabel
kan een elektrische schok tot gevolg hebben.
• Voor gebruik altijd door een visuele controle
controleren of het mes, de bevestigingsschroef
en de messencomponent versleten of
beschadigd zijn. Versleten of beschadigde
componenten moeten als set worden vervangen
om een onevenwichtigheid te voorkomen.
Vervang beschadigde of onleesbare opschriften.
• Vervang nooit de niet-metalen snijddraad door
een metalen snijddraad. Gebruik uitsluitend
origineel toebehoor.
• Draag gehoorbescherming als gedurende
langere tijd met de machine gewerkt wordt.
Langdurige blootstelling aan een hoger
geluidsniveau kan tot beschadiging van het
gehoor leiden.
• Oefen alle werktechnieken. Wanneer u geen
ervaring heeft met dergelijke gereedschappen,
moet u een beroep doen op de hulp van ervaren
personen.
4.3
Terugslag
• Terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van
het draaiend mes (24) dat blijft haken of
blokkeert. Indien het draaiende mes blokkeert of
blijft haken, komt het onmiddellijk tot stilstand.
Hierdoor wordt een ongecontroleerd
gereedschap tegen de draairichting van het mes
versneld op het punt van de blokkering.
Let altijd op een zekere stand, houd het
gereedschap goed vast aan beide handgrepen
en vermijd het vasthaken of blokkeren van het
mes. Pas op voor verborgen hindernissen, die
een blokkeren van het mes tot gevolg kunnen
hebben.
4.4
Gebruik
• Gebruik de machine alleen overdag of bij goed
kunstlicht.
• Vermijd het gebruik van de machine als het gras
nat is.
• Gebruik het gereedschap niet tijdens slecht
weer, in het bijzonder niet als er gevaar is voor
onweer. Dit vermindert het gevaar, te worden
getroffen door de bliksem.
• Houd de ventilatieopeningen vrij van vreemde
voorwerpen.
• Gebruik geen elektrisch gereedschap wanneer u
moe bent of onder invloed staat van drugs,
alcohol of medicijnen. Een moment van
onoplettendheid tijdens het gebruik van
elektrisch gereedschap kan ernstig letsel
veroorzaken.
• Gebruik altijd de meegeleverde draagriem/
schouderriem.
• Voorkom een abnormale lichaamshouding. Zorg
ervoor dat u stevig staat en steeds in evenwicht
bent, in het bijzonder op hellingen.
• Let altijd op een stevige stand. Mocht u het
evenwicht verliezen, moet u de schakelaar (6)
direct loslaten.
• Let op de juiste werkhouding, las een pauze in en
wissel de werkpositie.
• Beweeg de machine alleen stapvoets.
• Werk bij hellingen altijd langs de horizontale
richting, maai nooit van boven naar beneden.
• Wees buitengewoon voorzichtig bij het wisselen
van de richting op hellingen.
• Werk niet op te steile hellingen.
• Maai niet in de buurt van steile hellingen, sloten of
bermen.
• Let op gaten, gleuven, rotsen en andere
verborgen voorwerpen, waardoor u kunt vallen.
Verwijder alle hindernissen zoals stenen en
takken.
• Het snijdgereedschap moet altijd dicht bij de
grond worden bewogen.
• Gebruik het gereedschap nooit met beschadigde
of zonder veiligheidsvoorzieningen of -
afdekkingen (bijv. voetbegrenzer, beschermkap,
handgreep).
• Schakel de motor voorzichtig in
overeenstemming met de instructies en met de
voeten ver weg van de snijdinzet aan.
NEDERLANDS nl
29