Power-Modus
Voor de instelling van het display op
hoog contrast, auto en
besparingsmodus (hoog contrast,
auto, e.besp)
Taal
Voor de instelling van de gewenste
taal
METING 0° / 90° / MARKERING
Als de waterpas 3° van de gewenste
waarde verwijderd is, verschijnen
pijlen op het display die de richting
2.14
aangeven waarin de waterpas moet
worden gedraaid om de gewenste
waarde te bereiken.
Bij een afstand van 5° van de
instelwaarde verandert de
3.52
toonfrequentie per minuut. Als de
instelwaarde wordt overschreden,
verandert ook de toonhoogte.
0.00
Als de instelwaarde in het door de
gebruiker gedefi nieerde
tolerantiebereik wordt bereikt, wordt
de achtergrond groen (bij 0° of 90°)
of blauw (in de markeringsmodus).
Als de audio-functie ingeschakeld is,
klinkt de doeltoon.
15.26
PUNTMODUS
Als de instelwaarde moet afwijken van 0° of 90°, kan een
markering worden ingesteld.
Om de markering in te stellen, beweegt u de waterpas naar
de gewenste positie en drukt vervolgens op de toets
2
1
In de markeringsmodus is de display-achtergrond blauw.
Om de markering te wijzigen, houdt u de toets
ingedrukt en stelt de nieuwe markering in. Stel de exacte
waarde in met de toetsen
Druk nog een keer op de toets
in te stellen.
De markeringslijst bevat veelgebruikte metingen en de als
laatste ingevoerde markeringen. Om de markeringslijst te
openen, houdt u de toets
op
. Selecteer een markering met
om de markering op te slaan.
470 207 - Digital Level.indd 31
470 207 - Digital Level.indd 31
15.26
opnieuw
.
om de nieuwe markering
ingedrukt en drukt vervolgens
. Druk op
Om de markeringsmodus te verlaten en weer 0° en 90° als
instelwaarde te gebruiken, drukt u in de werkmodus op de
toets
.
WATERPAS-FUNCTIETEST
Ga als volgt te werk om te controleren of de waterpas
overeenkomt met de fabrieksinstellingen:
1. Stel de waterpas als volgt in:
Modus = hoek
Precisie = honderdste
Tolerantie = 0.00
2. Plaats de waterpas op een vlak referentievlak, zodat u
het display kunt zien. Markeer de exacte positie van de
waterpas met een lijn op het steunvlak.
3. Noteer de weergegeven waarde en de draairichting.
De draairichting wordt aangegeven door de pijlen op het
display.
2.14
4. Draai de waterpas 180°.
Gebruik de in stap 2 getrokken streep als richtlijn om te
waarborgen dat de waterpas in exact dezelfde positie ligt.
5. Noteer de tweede waarde samen met de draairichting.
6. Tel de twee gemeten waarden bij elkaar op. Deel het
totaal door twee om de afwijking van de waterpas te
bepalen.
OPMERKING: Als de afwijking tussen 0.00 en 0.05 graden
ligt, bevindt de waterpas zich binnen het toegestane
tolerantiebereik. Neem contact op met uw MILWAUKEE-
klantenservice als de afwijking groter is.
PRECISIEMETING
Alle waterpassen vertonen lichte meetafwijkingen van de
.
ene naar de andere kant. Hierdoor kunnen de gemeten
waarden licht van elkaar afwijken. Volg de hierboven
beschreven werkwijze op voor een zo nauwkeurig mogelijke
meetwaarde.
LADING
Sluit de USB-kabel aan op een stroombron, bijv.
netcontactdoos, computer of laadbus in auto.
De led-indicator geeft de laadtoestand aan:
Rood knipperlicht: laadproces, 0-25 % geladen
Oranje knipperlicht: laadproces, 25-80 % geladen
Groen knipperlicht: laadproces, 80-99 % geladen
Continu groen licht: 99-100 % geladen
Rood-groen knipperlicht: accu defect of verkeerd geplaatst
Als de led-indicator rood en groen knippert, dient u te
controleren of de accu correct geplaatst is. Verwijder
daarvoor de accu en plaats hem opnieuw. Als de led-
indicator nog steeds rood en groen knippert, is de accu
mogelijk zeer warm, koud of vochtig. Laat de accu
dienovereenkomstig afkoelen, warm worden of drogen en
plaats hem opnieuw. Als het probleem zich blijft voordoen,
kunt u contact opnemen met de MILWAUKEE-
klantenservice.
NEDERLANDS
2.14
31
24.06.2019 15:02:54
24.06.2019 15:02:54