GEBRUIKSAANWIJZING
• Als de motorfiets gestart is, koppelt u de uitgangskabel met zwarte klem (-) van de massa van de
motorfiets.
• Koppel de uitgangskabel met rode klem van de positieve pool (+) van de accu.
Blijf het niet proberen als het niet lukt om de motorfiets bij de eerste pogingen te starten. Voordat u
opnieuw probeert te starten laat u de startbooster minstens 5 minuten rusten, om te voorkomen dat
hij beschadigd raakt.
• Laad de startbooster altijd na elk gebruik op.
DE LEDZAKLAMP GEBRUIKEN
• Druk de ON/OFF knop gedurende 3 seconden in: VAST LICHT
• Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: KNIPPERLICHT
• Druk de ON/OFF knop nog eens 2 seconden in: SOS NOODVERLICHTING.
• Om de ledzaklamp uit te zetten, houdt u de ON/OFF knop 3 seconden ingedrukt.
De vier functies zijn achtereenvolgens: VAST LICHT - KNIPPERLICHT - SOS - OFF.
DE STARTBOOSTER ALS BATTERIJLADER VOOR ELEKTRONISCHE APPARATEN GEBRUIKEN
De startbooster is in staat om verschillende soorten mobiele telefoons, smartphones, tablets, MP3/MP4-
spelers, navigatiesystemen en andere apparaten voorzien van 5V 1A/2,1A usb-laadbus op te laden.
• Steek de usb-laadkabel in de startbooster.
• Sluit het andere uiteinde van de kabel op het apparaat aan dat moet worden opgeladen.
• Druk op de ON/OFF knop. Het branden van de led wil zeggen dat het apparaat wordt opgeladen.
• Laad nooit twee apparaten tegelijk op. U loopt het gevaar dat ze onherstelbaar worden beschadigd.
Berg de startbooster na de werkzaamheden op een droge plek zonder vocht op. Om de buitenkant van
de behuizing te reinigen gebruikt u een droge doek.
DE ZEKERING VAN DE PLUG VAN DE AANSTEKERDOOS VERVANGEN
De zekering bevindt zich in de plug van de aanstekerdoos. Verzeker u ervan dat het kabeltje van de
startbooster is losgekoppeld.
Draai de ring die op de kop van de plug zit met de hand los, verwijder de beschadigde zekering en
vervang hem met een zekering met dezelfde technische kenmerken. Sluit de ring door hem met de
hand vast te zetten.
FOUTMELDINGEN
Een eventuele fout wordt weergegeven door middel van een visueel- en een geluidssignaal.
PROBLEMEN
Wanneer de startkabel wordt aange-
sloten is er een aanhoudend geluid
te horen.
Na de startkabel op de accu van de
motorfiets te hebben aangesloten,
wordt de kabel niet ingeschakeld (de
leds knipperen).
Na de startkabel op de accu van de
motorfiets te hebben aangesloten,
gaat de rode led met vast licht
branden en is er een intermitterend
geluid te horen.
Na de startkabel op de accu van de
motorfiets te hebben aangesloten,
gaat de rode led met vast licht
branden en is er een aanhoudend
geluid te horen.
De startbooster laadt niet op met de
kabel van de aanstekerdoos en de
rode led is uit.
42
DEFECT
Interne accu leeg.
De accu van de motorfiets heeft een
te lage spanning (lager dan 1,5V).
De kabels op de accu zijn verwis-
seld.
Er is sprake van kortsluiting.
Zekering doorgebrand.
OPLOSSING
Ontkoppel de kabel en laad de
noodstarthulp op.
Gebruik andere startsystemen.
Koppel de kabels van de accu en
sluit ze vervolgens op de goede
manier aan.
Koppel de kabels van de accu en
controleer de motorfiets om de
kortsluiting te verhelpen.
Koppel de kabel van de startbooster
en vervang de zekering met een
zekering met dezelfde technische
kenmerken.
NL