GEBRUIKSAANWIJZING
FUNCTIES VAN DE ACCULADER EN BEDRIJFSMODI
OPLAADCYCLI
De oplaadcycli van de nieuwe acculaders zijn speciaal ontwikkeld om alle soorten op de markt verkrijgbare accu's optimaal op
te kunnen laden. De talrijke fabricagetechnologieën van de accu's die momenteel in de handel zijn, hebben voor een correcte en
volledige lading verschillende laadcurves nodig. Deze acculaders verlengen de levensduur van uw accu's, omdat ze elke accu
de juiste oplaadcyclus bieden.
1 • diagnosefase van de staat van de accu: "A1"
2 • laadfase: "Laden van een uitgeputte accu"
3 • laadfase: "soft l"
4 • laadfase: "I"
5 • laadfase: "U0"
6 • laadfase: "Recovery" *
7 • diagnosefase van de staat van de accu: "A2"
8 • laadfase: "U"
9 • laadfase: "Up"
• RECOVERY FUNCTIE (RECON) : met deze laadmodus kunnen natte accu's van 12Volt, die lang niet zijn gebruikt en stratifi-
catie van het zuur vertonen, worden opgeladen. Deze functie behandelt de elektrolytoplossing van de accu, waarbij die opnieuw
wordt gemengd en de stratificatie ongedaan wordt gemaakt.
• SHOWRUIMTEFUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Showroomfunctie. Met deze functie kunt u alle stroomverbruiken-
de elementen van het voertuig in bedrijf houden tijdens de demonstraties bij de dealer. (Alleen 12V-modus)
• SUPPLY-FUNCTIE: de acculaders zijn voorzien van de Supply-functie (voedingseenheid). Deze functie maakt het mogelijk
de geheugens van een voertuig actief te houden tijdens het vervangen van de accu of in alle gevallen waarin de accu wordt
losgekoppeld van het circuit van het voertuig. (Alleen in 12V-modus)
• ANALYSE VAN DE ACCU EN FOUTMELDINGEN De acculaders zijn zodanig ontworpen dat ze de staat van de accu voor en
na het opladen analyseren. Ze melden eventuele storingen in de verbinding tussen de acculader en de accu die moet worden
opgeladen. Op het digitale display kan een foutcode worden weergegeven, zodat de storing die zich heeft voorgedaan snel en
eenvoudig kan worden gecontroleerd.
1498_16A.indd 59
de acculader analyseert de laadstatus van de op te
laden accu.
De acculader begint op te laden en gebruikt hierbij
een pulsstroom tot de accu optimale spannings- en
stroomniveaus heeft bereikt om de tweede laadfase te
beginnen.
Het apparaat laadt met een beperkte constante stroom
Het apparaat laadt met een constante stroom tot de
maximumspanning van de accu wordt bereikt.
Het apparaat laadt met gestabiliseerde spanning tot de
stroom de minimumwaarden bereikt.
Alleen een acculader die afgesteld is op RECON:
intensieve laadfase met constante stroom en toene-
mende spanning om de laadcapaciteit van de accu te
verhogen.
De acculader analyseert de efficiëntiestatus van de
opgeladen accu.
Druppellading met lage constante spanning.
Pulsdruppellading (voortdurend in bedrijf).
NL
59
07/11/19 15:36