GEBRUIKSHANDLEIDING
TESTER VOOR HET HOGEDRUKSYSTEEM BIJ COMMON RAIL-MOTOREN
BESCHRIJVING
De tester die u zojuist hebt aangeschaft is een onmisbaar instrument om bij het common rail-inspuitsysteem de juiste diagnosen
te kunnen stellen.
Wanneer een common rail-motor problemen heeft bij het starten of lopen is het hogedrukcircuit de eerste parameter die moet
worden gecontroleerd.
De meeste testers die op dit moment in de handel verkrijgbaar zijn meten niet de werkelijke druk, maar vangen het signaal op
van de druksensor die in het voertuig is geïnstalleerd. Ze geven een druk aan die is gebaseerd op de waarde die door de sensor
wordt afgelezen.
Deze tester is in staat de werkelijke druk van het hogedrukcircuit van de common rail-systemen te controleren door een hogedruk
manometer (2000 bar) en flexibele hogedrukslangen te gebruiken.
De tester is voorzien van een overdrukklep waarmee de maximumdruk kan worden gemeten die door de pomp kan worden
verkregen.
De flexibele slangen maken een gemakkelijke aansluiting op het inspuitsysteem mogelijk.
KENMERKEN
Bereik van de sensor
Maximumdruk flexibele slangen
Maximumlengte flexibele slangen
Koppeling flexibele slangen
Verpakking
GEBRUIKSAANWIJZING
Functioneringsproef van de motor
Deze tester is bijzonder gebruiksvriendelijk. Om de druk van het circuit bij lopende motor te testen, moet één van de
hogedrukslangen worden vervangen door de tester voorzien van twee flexibele slangen.
Over het algemeen wordt de verbinding verricht door de hogedrukslang te vervangen die de hogedrukpomp verbindt met de
inspuitrail.
Bij sommige voertuigen kan de toegang tot de hogedrukpomp moeilijk zijn. In dat geval kan de verbinding worden verricht door
een van de slangen te vervangen die de inspuitrail op de injectors aansluiten, aangezien de druk gelijk is op alle punten van
het hogedrukcircuit.
Alle slangen die in de volgende afbeelding (Fig. 1) worden getoond kunnen worden vervangen door de hogedruktester.
Om de tester op de goede wijze aan de sluiten, handelt u als volgt:
• Zoek een hogedrukslang die eenvoudig toegankelijk is.
• Draai de koppelingen van de slang los en verwijder ze. Het is raadzaam ze op een plek op te bergen waar ze niet vuil kunnen
worden, aangezien eventuele sporen vuil in het inspuitcircuit het inspuitsysteem kunnen beschadigen.
• Kies de flexibele slangen die afhankelijk van de schroefdraad van de connectors van de auto geschikt zijn, wat M12x150 of
M14x150 kan zijn.
• Verzeker u ervan dat ze niet vuil zijn om te voorkomen dat er vuildeeltjes in het inspuitsysteem terechtkomen. Monteer de
flexibele slangen in de "T"-sensor, zodat een geheel wordt verkregen zoals wordt weergegeven in Fig. 2.
12
BETA 1464AP
0 – 2000 bar
2000 bar
500 mm
2 eenheden M12x150 en 2 eenheden M14x150
Plastic koffertje met hoge dichtheid EVA
Naar de rail
Fig. 2
Fig. 1
Van de pomp
NL