Gebruikershandleiding
•
Zorg ervoor dat de bodem en zijkanten van The One niet wor-
den geblokkeerd;
•
Zorg ervoor dat de bodem en zijkanten van The One niet in een
gebied zijn waarin ze kwetsbaar zijn voor schade of obstakels.
9.1 Geventileerde installatie
De compartimenten van minder dan 0,11 m3 vereisen een kleine
luchtopening in een ander compartiment of in de luchtomgeving,
voor een betere circulatie van de luchtstroom.
De luchtopening moet een oppervlakte van ten minste 9000 mm2 heb-
ben en het is meestal het beste om het in het achterpaneel te plaatsen.
Dit voorbeeld vereist een extra ventilatie:
0,3m x 0,3m x 0,8m = 0,072m
Houd er voor het onderzoek van de ventilatie rekening met de
basisprincipes: luchtinlaat in het onderste deel van de installatie-om-
geving en luchtuitlaat aan de bovenkant.
Wanneer er een exclusief ventilatierooster mogelijk is kunnen de
prestaties van het apparaat worden verbeterd door het vermijden
van de korte lucht cyclus, zoals in de afbeelding. In dit geval is een
verticaal raster aan te raden.
3
147