GEBRUIK
• Verwijder het bovendeksel, vul het waterreservoir met water en plaats het
bovendeksel terug. U kunt het waterreservoir ook uitnemen, rechtstreeks
water in het reservoir bijvullen en het waterreservoir weer in de basis plaatsen.
• Controleer of de nominale spanning overeenkomt met de ingangsspanning
en steek de stekker in het stopcontact. Het display licht op en piept één keer.
Eén seconde later wordt het display uitgeschakeld en wordt de aan/uit-knop
rood, wat betekent dat de bevochtiger in de stand-bymodus staat.
• Raak de aan/uit-knop aan, het display licht op en de bevochtiger begint in de
AUTO-modus te werken. Het display geeft het autosymbool
luchtvochtigheid weer. Tien seconden later toont het display de huidige
temperatuur en vervolgens de luchtvochtigheid. De huidige temperatuur en
vochtigheid worden één keer per minuut bijgewerkt.
• De bevochtiger bepaalt de vochtigheid op basis van de huidige temperatuur,
zoals hieronder aangegeven.
Temperatuur
van de lucht,
°C
Luchtvochtig-
heid (%)
• Constante luchtvochtigheid: raak de knop HUMIDITY aan en u kunt de
NL
luchtvochtigheid selecteren van 30% tot 75%. Raak de knop één keer aan om
de vochtigheid telkens met 5% RV te verhogen. Raak hem nog een keer aan
als hij 75% bereikt. Het display geeft nu '—' aan en de bevochtiger gaat terug
naar de AUTO-modus. Nadat de gewenste luchtvochtigheid is ingesteld,
bewaart de bevochtiger het geheugen en geeft deze een bevestiging
door drie seconden lang te knipperen. Als op het display de huidige
luchtvochtigheid wordt weergegeven, betekent dit dat de instelling voltooid
is. '%' knippert nu op het display.
- Als de ingestelde luchtvochtigheid 1% RV ~ 9% RV hoger is dan de huidige
luchtvochtigheid, wordt de neveluitgiftesnelheid met de laagste (de eerste)
snelheid gebruikt.
- Als de ingestelde luchtvochtigheid 10% RV ~ 15% RV hoger is dan de
huidige luchtvochtigheid, wordt de neveluitgiftesnelheid met de middelste
(de derde) snelheid gebruikt.
- Als de ingestelde luchtvochtigheid 15% RV hoger is dan de huidige
luchtvochtigheid, wordt de neveluitgiftesnelheid met de hoogste (de vijfde)
snelheid gebruikt.
GEBRUIKSAANWIJZING · BEVOCHTIGER
≤19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 ≤37
65 60 58 57 55 53 50 48 45 43 40 38 36 35 34 32 31 30 25
118
en de huidige