HLG 1800..book Seite 32 Donnerstag, 10. November 2005 11:33 11
HLG 2300-LCD:
In- en uitschakelen (koude en hete lucht)
De aan/uit-schakelaar 3 heeft twee standen:
Koudeluchtstand
I
Heteluchtstand
II
De koudeluchtstand is geschikt voor het afkoelen van
het verhitte werkstuk of van het apparaat of voor het
drogen van verf.
LCD-indicatie
Op de LCD-indicatie 8 worden de ingestelde waar-
den voor blaasstand, gemeten temperatuur bij de
mondstukuitgang, programmanummer en geheu-
genfunctie weergegeven.
Temperatuur instellen
Met de toetsen
7 kan de temperatuur in de
heteluchtstand worden ingesteld. De instelling vindt
plaats in stappen van 10 °C.
In de koudeluchtstand kan de temperatuur niet wor-
den ingesteld.
Na het uitschakelen van het apparaat blijft de laatst
ingestelde waarde bewaard.
Luchthoeveelheid en blaasstand instellen
Met de toetsen
9 kan de luchthoeveelheid in
de hetelucht- en koudeluchtstand worden ingesteld.
Na het uitschakelen van het apparaat blijft de laatst
ingestelde waarde bewaard.
Programmafunctie
In de fabriek zijn vier programma's voor de meest
gangbare toepassingen vooraf ingesteld. Deze kun-
nen voor eigen behoeften worden gewijzigd en op-
geslagen. Door meermaals indrukken van de toets
„P" 10 kunnen de programma's worden opgeroe-
pen.
Om terug te keren naar de standaardfunctie „0"
moet de toets zo lang worden ingedrukt tot er geen
programmanummer meer wordt aangegeven. Bij
nogmaals indrukken wordt de programmafunctie
weer geactiveerd.
Programma Temp. °C
Lucht l/min
1
250
350
2
350
400
3
450
500
4
550
400
32
Met de toets „S" 6 worden de gewijzigde instellin-
gen opgeslagen:
– Kies een programma.
– Stel temperatuur en blaasstand in. Het symbool
– Druk de toets 6 gedurende ca. 5 seconden in tot
Mondstuk of reflector monteren
Afhankelijk van de toepassing zijn verschillende
mondstukken en reflectoren verkrijgbaar (toebeho-
ren).
Duw het mondstuk of de reflector stevig op de lucht-
uitgang 1.
Wenken voor gebruik
De gegevens over temperatuurinstellingen bij de af-
gebeelde toepassingsvoorbeelden zijn slechts richt-
waarden waarvan al naar gelang de materiaalsoort
afwijkingen mogelijk zijn.
A
Vlak mondstuk aanbrengen. Lak met hete lucht zacht
maken en met een spatel gelijkmatig lostrekken. Bij
langdurige verhitting verbrandt de lak en laat moei-
lijker los. De spatel moet scherp zijn en goed schoon
worden gehouden. Bij werkzaamheden op moeilijk
toegankelijke plekken kan de isolatiemanchet 2
worden afgeschroefd.
Veel lijmsoorten (b. v. stickers) worden zacht bij ver-
warmen. Verbindingen kunnen dan worden losge-
trokken en de overtollige lijm kan worden verwij-
derd.
B
Toepassing
Reflektormondstuk opzetten. Om te verhinderen, dat
Kunststof buizen vervormen
de buis omknikt, moet deze met zand worden ge-
Kunststof lassen
vuld en aan beide kanten afgesloten. Buis regelma-
Lak verwijderen
tig verwarmen door heen en weer te bewegen.
Zachtsolderen
C
Reduceermondstuk gebruiken. De diameter van de
krimpkous (zie toebehoor) passend bij het werkstuk
b. v. de kabelschoen kiezen.
De krimpkous gelijkmatig verwarmen.
Geheugenfunctie
knippert.
het symbooll
verdwijnt. De ingestelde waar-
den zijn nu opgeslagen.
Wenken voor gebruik
De juiste temperatuur kan het beste worden be-
paald door uit te proberen. Daarvoor moet u met
een lage temperatuur beginnen te werken.
De afstand van het mondstuk tot het werkstuk is
afhankelijk van het te bewerken materiaal.
Verf / Lijm verwijderen
Kunststofbuis vervormen
Krimpen