2. Druk op de Instellingstoetsen om de
uren in te stellen.
3. Druk op
4. Druk op de Instellingstoetsen om de
minuten in te stellen.
5. Druk op
5. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Algemene informatie over
het gebruik van het apparaat
• Laat het voedsel na het uitschakelen
van het apparaat enkele minuten
rusten.
• Verwijder de verpakking van
aluminiumfolie, metalen bakjes, enz.
voordat u het voedsel bereidt.
Meer
• Kook het eten zo mogelijk bedekt
met materiaal dat geschikt is voor
gebruik in de magnetron. Bereid
voedsel slechts zonder het te
bedekken als u een korst wilt
behouden
• Zorg dat u de gerechten niet te lang
kookt, door het vermogen en de tijd
te hoog in te stellen. Het voedsel kan
uitdrogen, verbranden of op
sommige plekken hard worden.
• Gebruik het apparaat niet om eieren
in hun schaal en slakken te bereiden,
omdat ze kunnen barsten. Bij
gebakken eieren, moet u het eigeel
eerst doorprikken.
• Prik eten met 'vel' of 'schil', zoals
aardappelen, tomaten, worstjes, een
paar keer met een vork in voordat u
het in de magnetron plaatst, zodat
het eten niet barst.
• Voor gekoeld of bevroren eten is een
langere bereidingstijd nodig.
• Gerechten met saus moeten van tijd
tot tijd worden geroerd.
• Groenten met een stevige structuur,
zoals wortel, doperwten of
bloemkool, moeten in water worden
gekookt.
• Draai grotere stukken halverwege de
bereidingstijd om.
om te bevestigen.
om te bevestigen.
Druk op
instellingen te
annuleren.
• Snij groenten zo mogelijk in stukjes
van gelijke grootte.
• Gebruik platte, brede schalen of
borden.
• Gebruik geen kookgerei gemaakt van
porselein, keramisch materiaal of
aardewerk met kleine gaatjes, bijv. op
handgrepen of ongeglazuurde
bodems. Er kan vocht in de
openingen komen, waardoor het
kookgerei bij verhitting kan barsten.
• De glazen bodem is een ruimte voor
het opwarmen van voedsel of
vloeistoffen. Deze is noodzakelijk voor
de werking van de magnetron.
Vlees, gevogelte, vis ontdooien
• Leg het bevroren, ingepakte voedsel
op een klein, omgedraaid bord met
een bakje eronder zodat het
dooiwater in het bakje valt.
• Draai het voedsel halverwege de
ontdooitijd om. Verdeel de stukken zo
mogelijk opnieuw en verwijder de
stukken die al zijn ontdooid.
Boter, gebakjes, kwark ontdooien
• Ontdooi nooit volledig in het
apparaat, maar bij kamertemperatuur.
Dit geeft een meer gelijkmatig
resultaat. Verwijder metalen of
aluminium verpakking of onderdelen
volledig voordat u begint te
ontdooien.
Fruit, groenten ontdooien
• Ontdooi fruit en groenten, die verder
als rauw bereid worden, nooit
volledig in het apparaat. Laat ze bij
kamertemperatuur ontdooien.
• U kunt een hoger
magnetronvermogen gebruiken om
fruit en groenten te bereiden zonder
ze eerst te ontdooien.
Kant-en-klaarmaaltijden
• U kunt alleen kant-en-klaar maaltijden
in het apparaat bereiden als de
verpakking geschikt is voor gebruik in
de magnetron.
NEDERLANDS
om de
9