LED-zonnecelspot SOL 80
INSTELLING EN INGEBRUIKNEMING
Na het installeren van de zonnelamp kunt u het apparaat in enkele eenvoudige stappen
instellen.
Belangrijk:
Controleer voordat u de zonnelamp inschakelt of ze eerst werd opgeladen zoals
beschreven in het hoofdstuk 'Zonnelamp voor het eerst opladen'.
Aan het hoofdelement bevindt zich een schakelaar met twee instelmogelijkheden:
AUTO en OFF.
AUTO: Stand voor gebruik met bewegingsmelder.
OFF:
Schakelt de werking van de bewegingsmelder/LED-lamp uit
Stand voor het opladen.
Instellen van de bewegingsmelder
Stel na het opladen de schakelaar op de positie AUTO.
Richt de bewegingsmelder in de richting van het gebied waarin u bewegingen wil detecte-
ren. Stel de TIME-regelaar aan de onderkant van de bewegingsmelder op „Minimum" (-)
en de LUX-regelaar in de positie „helder" ( ). Test het detectiegebied door langzaam
langs het bewaakte gebied te gaan. Wanneer de zonnelamp niet zoals gewenst inschakelt,
moet de instelling van de bewegingsmelder worden aangepast.
Aan de bewegingsmelder bevinden zich drie regelaars:
TIME / SENS / LUX
1. TIME = Verlichtingsduur: U kunt de tijdsspanne tijdens de welke de lamp blijft branden
na het detecteren van een beweging, instellen tussen ong. 10 seconden en 1 minuut.
Draai de TIME-regelaar in de richting (+) om de verlichtingsperiode te verlengen, c.q. in
de richting (-) om de verlichtingsperiode te verkorten.
Opgelet: De ingestelde verlichtingsduur begint na het activeren van de bewegingsmel-
der. Telkens wanneer er een beweging wordt gedetecteerd, begint deze verlichtingstijd
opnieuw.
2. SENS = Gevoeligheid: De gevoeligheid van het apparaat hangt af van de omgevings-
temperatuur. Hoe lager de temperatuur, hoe groter de gevoeligheid van de bewegings-
melder is. Gebruik de SENS-regelaar om de gevoeligheid van de bewegingssensor in te
stellen en zo de veranderde omgevingstemperaturen te compenseren. De sensor is het
meest gevoelig wanneer de SENS-regelaar volledig in de richting (+) gedraaid is.
3. LUX = Aanspreekgevoeligheid: Met de LUX-regelaar kan de omgevingshelderheid
waarop de werking geactiveerd dient te worden, worden ingesteld. Daardoor wordt
vermeden dat de lamp bij daglicht begint te branden. In de ( ) positie wordt de lamp
zowel overdag als 's nachts ingeschakeld, terwijl hij in de ( ) positie enkel 's nachts
wordt ingeschakeld. U kunt de gewenste lichtsterkte waarbij het element in werking
moet treden, instellen aan de hand van de LUX-regelaar.
19