22
NL
OPSLAG IN HET GEHEUGEN DOOR MIDDEL VAN DE MASTER CARD/TAG
Met gevoede TRANSPONDER:
1. Plaats de MASTER CARD/TAG voor de TRANSPONDER, ter hoogte van de middelste witte led D2. De 2
witte leds D3 en D4 gaan branden.
2. Haal de master CARD/TAG weg (de witte led D3 blijft 6 sec. branden).
3. Plaats de volgende CARD/TAG die in het geheugen moeten worden opgeslagen binnen 6 sec. voor
de TRANSPONDER.
4. Wacht tot de led uitgaat (afsluiten van geheugenopslag) en de TRANSPONDER is klaar voor gebruik.
OPSLAG IN HET GEHEUGEN VAN DE TRANSPONDER IN DE INSTALLATIE
1. Activeer de opslag in het geheugen op de radio-ontvanger die in de installatie aanwezig is door het
gewenste kanaal in te stellen (zie de instructies van de radio-ontvanger).
2. Activeer de TRANSPONDER binnen 6 sec. met een eerder in het geheugen opgeslagen card.
3. Controleer of de opslag in het geheugen heeft plaatsgevonden op de radio-ontvanger (activering van de
gewenste uitgang).
WISSEN
Er zijn 2 manieren van wissen mogelijk:
1. VOLLEDIG WISSEN VAN HET GEHEUGEN: alle instellingen worden gewist en de TRANSPONDER
wordt ingesteld met de fabriekswaarden.
1. Schakel de voeding naar de TRANSPONDER uit
2. Druk op de LEARN-knop en houd hem ingedrukt
3. Schakel de voeding van de TRANSPONDER in
4. Wacht tot de witte led D3 uitgaat (circa 5 sec.) en laat de knop los
De TRANSPONDER is weer ingesteld op de fabrieksinstellingen.
2. WISSEN VAN DE CARD/TAG: alleen de cards en tags die eerder in het geheugen opgeslagen zijn
worden gewist, terwijl de instellingen van de TRANSPONDER (type uitgang, ...) ongewijzigd blijven.
Met gevoede XP-ontvanger:
druk op de LEARN-knop (de witte led D3 gaat branden). Houd de knop ingedrukt totdat de led uitgaat
(ongeveer 5 sec.). Op dit punt bevat het geheugen van de TRANSPONDER geen enkele CARD/TAG.
De TRANSPONDER van de serie: MANAGER zijn ook bestemd voor "aangepaste" werking, d.w.z.
met instelling van de installatiecode, de gebruiker, automatische vervanging van een verloren
zender, enz. Zie voor deze instellingen de instructies van het programmeerapparaat: MANAGER.
DCX