NLD
7.
Bedienen
Fig. 7: Knop.
7.1
In- en uitschakelen
X Druk op de knop, zie Fig. 7 .
7.2
Dimmen
X Drup op de knop en houd deze gedrukt,
zie Fig. 7 .
Na ongeveer een seconde verandert de
lichtsterkte van de lamp
Als de maximale of minimale dim-
waarde is bereikt, knippert de LED in
de knop.
X Om de dimrichting te veranderen drukt
u opnieuw op de knop en houd deze
gedrukt.
De ingestelde lichtsterkte wordt opge-
slagen. Als de lamp weer wordt inge-
schakeld wordt automatisch de laatste
opgeslagen lichtsterkte ingesteld.
72
Bedienen