een "beep" hoort.
-Vervolgens zal het bijbehorende (U1, U2
of U3) geheugennummer (N) verschijnen.
Druk op de geheugenknop om het geheu-
gen te veranderen. Eens dit gebeurd is
druk je op de aan/uit-knop om de waarden
van de vorige metingen te zien. Als er
geen metingen werden opgeslagen, zal het
scherm een "0" tonen. De polsband zal nu
dadelijk opzwellen.
- Zit stil, zonder te praten en met het
apparaat ter hoogte van uw hart, tot de
meting gereed is.
- Wanneer de meting beëindigd werd zal
de polsband onmiddellijk leeglopen en op
het LCD-scherm zullen de waarden van de
systolische en diastolische bloeddruk en
het hartslagritme verschijnen. Links op het
scherm zal de indicator voor classificatie
van de bloeddruk volgens de parameters
van de WGO verschijnen (Abf.4).
- Een minuutje na de laatste meting zal
het apparaat zich automatisch in slaaps-
tand springen.
Lezen van het geheugen:
- De laatste meting wordt automatisch
met de datum en het uur in het gekozen
geheugen opgeslagen (U1, U2 of U3).
Elke geheugengroep beschikt over een
maximum van 30 metingen.
- Om de voorgaande metingen te raadple-
gen moet je, na het apparaat losgekoppeld
te hebben, op de geheugenknop drukken.
Het LCD-scherm zal gedurende vijf secon-
den het gekozen geheugen (U1, U2 of U3)
en het aantal bewaarde metingen tonen.
Gebruik de aan/uit-knop om een ander
geheugen te selecteren. Op het scherm zal
Manual Tensio.indb 49
dan de laatst opgeslagen meting van het
gekozen geheugen verschijnen.
- Druk op`de geheugenknop om de bewaar-
de metingen in chronologische volgorde
te bekijken.
- Als het apparaat gedurende 2 minuten
niet gebruikt wordt zal het automatisch
uitgeschakeld worden.
Wissen van het geheugen:
-Om de geheugens te wissen, houd je
in de leesfunctie de geheugenknop 3
seconden ingedrukt. Wanneer je "beep"
hoort, zijn alle geheugens gewist.
Na gebruik van het apparaat:
- Zet het apparaat uit door de aan/
uit-knop gedurende 5 seconden ingedrukt
te houden.
- Als U het apparaat gedurende langere
tijd niet gebruikt, haal dan de batterijen
eruit.
- Reinig het apparaat.
Praktische tips:
- Probeer een half uur vóór de meting niet
te eten, te roken en geen zware inspannin-
gen te leveren.
- Ga zitten om je bloeddruk te meten. Ver-
zeker je ervan dat de polsband tijdens de
meting ter hoogte van het hart gehouden
wordt. Als de polsband boven of onder het
hart gehouden wordt, beïnvloedt dit de
precisie van de meting.
- Tijdens de meting mag je niet praten en
het lichaam noch de arm bewegen.
- Laat tussen twee metingen steeds een
tijdsspanne van minstens 1 minuut om de
11/11/10 8:49