Plaats de bovenbanden van het tuigje op de geschikte hoogte voor uw kind. Gebruik daarvoor dezelfde sleuven in de bekle-
ding en in de kuip volgens de gekozen installatiemethode:
•
Bij installatie tegen de rijrichting in (groep 0, van 0 tot 10 kg), haalt u de banden van het tuigje door de sleuven van een
van de twee onderste standen (6) en trekt u ze omhoog tot de derde stand, waar u ze bevestigt in de kuip
of de bevestigingsplaatjes goed vastzitten en of de banden van het tuigje niet gedraaid zijn.
BELANGRIJK: Controleer altijd, ongeacht welke van de twee onderste standen u kiest, of de metalen bevestigingsplaatjes
van het tuigje goed zijn bevestigd in de sleuven van de derde stand van de kuip.
•
Bij installatie met de rijrichting mee (groep 1, van 9 tot 18 kg),haalt u de banden van het tuigje door de sleuven van een
van de twee bovenste standen
(11). Controleer of de bevestigingsplaatjes goed vastzitten en of de banden van het tuigje niet gedraaid zijn.
Installatie van het autostoeltje met de rijrichting mee (groep 0, van 0 tot 10 kg)
WAARSCHUWING! GEBRUIK DIT KINDERSTOELTJE NIET OP ZITPLAATSEN DIE ZIJN UITGERUST MET EEN FRON-
TALE AIRBAG!
Klik de autogordel vast (12). Plaats het autostoeltje achterstevoren op de passagiersstoel of op de achterbank van de auto
(13). Voer de heupband van de autogordel door de geleiders onder de zitting van het autostoeltje (14). Trek de diagonale
band van de autogordel door de geleiders achter de zitting van het autostoeltje. De diagonale band gaat door de bovenste
geleider aan de kant van de oprolautomaat en door de onderste geleider aan de kant van de gesp voor de autogordel (15).
Plaats het autostoeltje op een zodanige manier dat alleen het achterste deel van de basis de zitting van de stoel of achter-
bank van de auto raakt (16). Controleer of de gordel niet gedraaid is en trek de gordel zo strak mogelijk aan (17).
BELANGRIJK: Zodra u het autostoeltje hebt geïnstalleerd, mag de gesp van de autogordel de geleider voor de heupgordel
onder de zitting van het autostoeltje niet raken. Kies een andere plaats in de auto als dit wel het geval is. Neem contact op
met onze klantenservice in geval van twijfel.
Zet uw kind in het autostoeltje volgens de instructies in het hoofdstuk 'Uw kind in het autostoeltje met een tuigje
zetten'.
Installatie van het autostoeltje met de rijrichting mee (groep 1, van 9 tot 18 kg)
Plaats het autostoeltje met de rijrichting mee op de achterbank van de auto. Trek aan de autogordel tot deze helemaal is
uitgetrokken. Voer de twee banden van de autogordel door de opening in de kuip
gende opening. De gordel moet tussen de kuip en de bekleding van het autostoeltje liggen. Maak de autogordel vast (19).
Plaats het autostoeltje op een zodanige manier dat alleen het voorste deel van de basis de zitting van de achterbank van de
auto raakt (20). Laat de diagonale band van de autogordel aan de kant van de oprolautomaat langs de sleuf aan de zijkant
van de kuip lopen (21). Controleer of de gordel niet gedraaid is en trek de gordel zo strak mogelijk aan (22).
BELANGRIJK: Zodra u het autostoeltje hebt geïnstalleerd, mag de gesp van de autogordel de opening voor de gordel aan
de zijkant van het autostoeltje niet raken. Kies een andere plaats in de auto als dit wel het geval is. Neem contact op met
onze klantenservice in geval van twijfel.
Zet uw kind in het autostoeltje volgens de instructies in het hoofdstuk 'Uw kind in het autostoeltje met een tuigje
zetten'.
Uw kind in het autostoeltje met een tuigje zetten (groep 0/groep 1)
Maak het tuigje los door op de verstelknoppen op de bovenbanden van het tuigje te drukken. Pak het onderste deel van het
tuigje vast en trek tegelijkertijd aan het boven- en onderdeel (23). Open de sluiting van het tuigje door op de rode knop in
het midden te drukken (24). Houd de banden van het tuigje opzij
len van het tuigje naar elkaar toe en steek ze in de sluiting van het tuigje. Daarbij moet u een klikgeluid horen (26). Trek
aan een van de verstelbanden van het tuigje tot deze goed is aangespannen voor uw kind (27). Herhaal deze handeling
met de andere verstelband van het tuigje.
LET OP: Een goed versteld tuigje is essentieel voor de optimale bescherming van uw kind. Er mag niet meer dan een vin-
gerdikte speling tussen het tuigje en uw kind zitten.
Het tuigje verwijderen
Trek de slotdelen van de sluiting naar elkaar toe en steek ze in de sluiting om de delen van het tuigje en van het tussen-
beenbandje met elkaar te verbinden. U kunt het geheel op deze wijze ook eenvoudiger bewaren voor toekomstig gebruik.
Maak een van de bovenbanden van het tuigje los. Daarvoor dient u het metalen bevestigingsplaatje aan de achterkant van
de kuip te draaien en het plaatje vervolgens door de sleuven in de kuip en in de bekleding te trekken (28). Herhaal deze
handelingen voor de andere bovenband.
Trek een van de onderbanden van het tuigje uit het stoeltje door het metalen bevestigingsplaatje onder de zitting van het
autostoeltje te draaien en vervolgens de band door de sleuven in de zitting en de bekleding te trekken (29). Herhaal deze
handelingen voor de andere onderband. Trek het tussenbeenbandje uit het autostoeltje door het metalen bevestigings-
plaatje te draaien en deze vervolgens door de sleuven in de zitting en de bekleding te trekken (30).
Voer deze handelingen in omgekeerde volgorde uit als u het tuigje weer in het autostoeltje wilt plaatsen.
Installatie van het autostoeltje met de rijrichting mee (groep 2, van 15 tot 25 kg)
Zorg dat het tuigje van uw autostoeltje is verwijderd voordat u het autostoeltje in uw voertuig plaatst. Raadpleeg
(9)
en bevestigt u het tuigje direct achter deze sleuven, aan de achterzijde van de kuip
(18)
en opnieuw door de tegenoverlig-
(25)
en plaats uw kind in het autostoeltje. Trek de slotde-
(7)
(8). Controleer
(10)
17
Handleiding - NL