Tussenbodem
Wanneer de onderkant van de kookplaat kan wor-
den aangeraakt, moet er een tussenschot worden
gemonteerd.
¡ Informeer in de vakhandel of er een tussenschot
als accessoire verkrijgbaar is.
¡ Wanneer u een eigen tussenschot gebruikt, moet
de minimale afstand tot de netaansluiting van het
apparaat 10 mm zijn.
Meubel voorbereiden
Het werkblad dient egaal, waterpas en stabiel te zijn.
¡ De inbouwmeubelen moeten minstens 90 °C hitte-
bestendig zijn.
¡ De snijvlakken hittebestendig afdichten.
Elektrische aansluiting
Controleer vóór de aansluiting van het apparaat de
huisinstallatie.
¡ Het apparaat voldoet aan veiligheidsklasse I en
mag alleen met geaarde aansluiting worden ge-
bruikt.
¡ De geïnstalleerde elektrische installatie dient vol-
gens de opbouwvoorschriften in de fasen te wor-
den voorzien van een separator.
¡ Als op het display van het apparaat
schijnt, is het verkeerd aangesloten. De stekker uit
het stopcontact halen, aansluiting controleren.
Aansluiting met 3-aderige leiding
Zorg voor een geschikte beveiliging van de huisin-
stallatie.
Neem de kleurcodering van de netaansluitkabel in
acht.
¡ Groen-geel is de aarddraad .
¡ Blauw is de nulleider.
¡ Bruin is de fase (buitendraad).
¡ De kabel kan indien nodig door een meerfasige
aansluitkabel worden vervangen. Bij het vervan-
gen van de kabel volgende paragraaf in acht ne-
men.
Aansluiting zonder voorgemonteerde kabel
De kookplaat alleen volgens het aansluitschema
aansluiten.
¡ De meegeleverde koperbruggen indien nodig in-
bouwen.
¡ De hoofdleiding moet van het type H05 VV-F of
hoger zijn.
¡ De draaddiameter moet overeenkomstig de
stroombelasting worden bepaald. Niet toegestaan
is een diameter < 1,5 mm².
Aansluiting met voorgemonteerde 5-aderige aan-
sluitleiding
Alleen geschoold servicepersoneel mag de aansluit-
leiding verwisselen.
Kookplaat inbrengen
Zorg ervoor dat de aansluitkabel niet beklemd raakt
en niet over scherpe randen wordt geleid.
¡ Is er een oven onder de kookplaat geplaatst, dan
de leiding via de achterste hoeken van de oven
naar de aansluitdoos leiden.
→ Fig.
1
¡ De kookplaat kan ook in een voorhanden 500 mm
diep uitsparing worden ingebouwd.
→ Fig.
2
Uitbouw van de kookplaat
Maak het apparaat spanningsloos.
1.
De kookplaat er van onderaf uitdrukken.
2.
da
Sikker montage
Overhold disse sikkerhedsanvisninger un-
der montagen af apparatet.
¡ Elektrisk tilslutning: Må kun foretages af
en autoriseret elektriker. Ved forkert tilslut-
ning bortfalder garantiens gyldighed.
¡ Der kan kun garanteres for sikker anven-
delse af apparatet, hvis indbygningen fo-
retages i henhold til denne montagean-
visning. Montøren hæfter for skader, som
skyldes ukorrekt indbygning.
ADVARSEL ‒ Fare: Magnetisme!
Apparatet indeholder permanente magne-
ter. De kan påvirke elektroniske implantater,
f.eks. pacemakere eller insulinpumper.
▶ Personer med elektroniske implantater
skal overholde en minimumafstand på
ver-
10 cm til apparatet.
Indbygning
Der må ikke indbygges køle-/fryseskabe, opva-
skemaskiner, uventilerede ovne eller vaskemaskiner
under apparatet.
¡ Hvis der indbygges en modul- eller kompakt-opva-
skemaskine af samme mærke, skal bordpladen
være mindst 40 mm tyk.
¡ Sørg for, at fremspringende dele, som f.eks. nettil-
slutningsboksen eller netledningen, ikke kolliderer
med f.eks. en skuffe.
Mellembund
Hvis kogesektionens underside kan berøres, skal
der monteres en mellembund.
¡ Der kan fås mellembunde som tilbehør hos for-
handleren.
¡ Hvis der anvendes en anden mellembund, skal af-
standen til apparatets nettilslutning være
mindst 10 mm.
Forberedelse af indbygningsskab
Bordpladen skal være plan, vandret og stabil.
¡ Indbygningsskabe skal være varmebestandige op
til minimum 90 °C.
¡ Snitfladerne skal forsegles varmebestandigt.
Elektrisk tilslutning
Kontroller den elektriske installation i huset, inden
apparatet tilsluttes.
¡ Apparatet opfylder beskyttelsesklasse I og må
udelukkende anvendes med en tilsluttet jordforbin-
delse.
¡ Ved en fast elektrisk installation skal der være
monteret en afbryderanordning på faserne i hen-
hold til installationsbestemmelserne.
¡ Hvis
sluttet forkert. Afbryd forbindelsen til strømforsy-
ningen, og kontroller tilslutningen.
Tilslutning med en ledning med 3 ledere
Der skal være en egnet afsikring i husets installation.
Tilslut lederne i nettilslutningsledningen iht. deres far-
vekodning.
¡ Grøn-gul er jordforbindelsesledningen .
¡ Blå er neutrallederen (nul).
¡ Brun er fasen (yderlederen).
vises på apparatets display, er det til-
5