Schakel voordat u onderhouds- of reparatiewerkzaamheden gaat uitvoeren, eerst de motor uit, en koppel de machine
(elektrisch) los van de hoofdvoeding.
Controleer, zodra het onderhoud klaar is, of de betonmolen goed werkt en of alle beschermpanelen juist zijn aangebracht.
ELEKTRISCHE BETONMOLEN
Alle verplaatsbare elektrische apparaten zijn gevaarlijk indien ze verkeerd gebruikt worden. Deze machine werkt maar op één
spanning. Controleer of de elektrische voeding op dezelfde spanning werkt als de spanning die vermeld staat op het kenplaatje.
Controleer of de motor is uitgeschakeld voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
230V - Pas altijd een reststroominrichting, (aardlekbeveiliging) toe, die rechtstreeks wordt aangesloten op het 230V-stopcontact. Als
er een verlengingskabel wordt gebruikt, dient deze rechtstreeks op de reststroominrichting te worden aangesloten.
110V - Als er een verplaatsbare transformator wordt gebruikt, moet deze minimaal een continu uitgangsvermogen hebben van 2,5
kW. De symbolen op de AAN/UIT-schakelaar zijn 0 (rood)=UIT en I (groen)=AAN overeenkomstig de internationale normen.
Pas GEEN verlengingskabel toe tussen de transformator en de elektrische voeding.
Controleer altijd of de kabel tussen de op 110V werkende betonmolen en de transformator ten minste 3 meter lang is.
Zorg dat de kabel te allen tijde met een kabelbevestigingsbeugel aan het onderstel van de betonmolen is bevestigd.
VERLENGINGSKABELS
Een eventueel te gebruiken verlengingskabel mag niet langer zijn dan 30 meter. De draaddoorsnede dient bij de op 230V werkende
uitvoering 1,5 mm2 te bedragen. Controleer of de verlengingskabel zorgvuldig wordt uitgelegd, waarbij vermeden dient te worden dat de
kabel in vloeistoffen komt te liggen, op scherpe randen en/of op plaatsen waar voertuigen er overheen zouden kunnen rijden. Zorg ervoor
dat de verlengingskabel niet bekneld kan komen te zitten onder de betonmolen. Rol de kabel helemaal af, anders wordt deze heet en zou
er dientengevolge brand kunnen ontstaan. Controleer of eventuele verlengingskabelverbindingen droog liggen en goed beschermd zijn.
VERBRANDINGSMOTOR
Controleer regelmatig het oliepeil, zorg dat de machine vlak staat wanneer u dat doet. Als de motor voor de eerste keer met olie wordt
gevuld of bijgevuld, neem dan een geschikte motorolie met een kwaliteit van 10W30. Het is in uw eigen belang de met de machine
meegeleverde gebruiksaanwijzing van de fabrikant door te lezen voordat u de machine in werking stelt.
SCHOONMAKEN
Veeg materiaal dat aan de buitenkant zit eraf. Gebruik GEEN benzine, terpentijn, vernis of verfverdunner, vloeistoffen voor chemisch reinigen
of soortgelijke producten. Kom met vloeistoffen nooit in de buurt van de verbrandingsmotor/elektromotor. Maak de trommel aan de
binnenkant schoon met 1-duims grind en met water. Gebruik hiervoor GEEN bakstenen of iets dergelijks, want dan beschadigt u de trommel.
ONDERSTEL
De opening aan de onderzijde van het onderstel dient om water weg te laten lopen.
RIEM
Alle betonmolens van Belle met elektromotor/benzinemotor zijn uitgerust met een tandriem met een vooraf ingestelde
spanning. Deze hoeft niet af- of bijgesteld te worden.
Probeer NIET de riem af te stellen terwijl de motor loopt.
TANDWIELKAST
Het oliepeil in de tandwielkast is vooraf ingesteld in de fabriek. Overtuig u ervan, voordat u het
oliepeil in de tandwielkast gaat controleren, dat de tandwielkast afgekoeld is voordat u de
vulplug er afdraait. Vul bij met EP90 of gelijkwaardige tandwielolie in de mengstand tot aan
het niveau van de vulplug.
Controleer altijd of de verlengingskabel uit het stopcontact
is getrokken voordat het motordeksel wordt verwijderd.
ONDERHOUD
33
Olievulplug
Oil Filling Position
Mengstanden
Easymix 150 OPERATORS MANUAL
NL