Nederlands
TOEPASSING
Voor het opladen van de HiKOKI batterij
○ BSH2420
OPLADEN
Voor het gebruik van de boor-schroefamachine e.d. dient
de batterij als volgt opgeladen te worden.
1. Sluit het netsnoer van het oplaadapparaat op het
stopkontakt aan.
Wanneer de stekker van de acculader in het stopcontact
wordt gestoken, zal het lampje in rood knipperen (met
tussenpozen van 1 seconde).
Tabel 1
Voor het laden
Tijdens
opladen
Na opladen
Controlelampje
(rood)
Oververhitting
standby
(2) Betreffende de temperatuur van de oplaadbare batterij
De temperatuur van de oplaadbare batterijen verloopt
zoals aangegeven in Tabel 2, en batterijen die erg
warm zijn dient u voor het opladen even af te laten
koelen.
Tabel 2
Geschikte temperatuur voor het opladen
-5°C – 50°C
(3) Tijd die benodigd is voor het opladen
Tabel 3 geeft de oplaadtijd voor de verschillende typen
batterijen.
Tabel 3 Oplaadtijd (bij benadering in minuten) bij 20°
Accuvo-
ltage
(V)
BSH2420
24 V
(20 cellen)
OPMERKING: De oplaadtijd kan ietwat variëren, al naar
gelang de omgevingstemperatuur.
4. Trek de stekker van het oplaadapparaat uit het
stopkontakt.
5. Houd het oplaadapparaat stevig vast en trek de
batterij er uit.
OPMERKING
Verwijder beslist de accu van de lader na gebruik.
Bewaar op een veilige plaats.
18
Aanduidingen van het controlelampje
Knippert
Brandt ongeveer 0,5 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 sekonde)
Brandt
Blift branden
Knippert
Brandt ongeveer 0,5 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 sekonde)
Knippert
Brandt ongeveer 1 sekonde.
Brandt ongeveer 0,5 sekonde niet.
(Uit voor 0,5 sekonde)
Capaciteit van accu (Ah)
Ni-MH BATTERIJ
2,0 Ah
60 min.
2. Steek de batterij in het oplaadapparaat.
Steek de batterij stevig in de oplader zoals in Afb. 1
getoond wordt.
3. Opladen
Wanneer
een
batterij
aangebracht, blijft het lampje continu rood branden.
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, gaat het
lampje in rood knipperen (met tussenpozen van
1 seconde) (Zie Tabel 1).
(1) Aanduiding van het controlelampje
De aanduidingen van het controlelampje zijn zoals
aangegeven in Tabel 1, al naar gelang de toestand van
de oplaadbare batterij of de acculader.
Betreffende het ontladen raken van nieuwe
batterijen e.d.
Aangezien bij nieuwe en langdurig niet gebruikte
batterijen de chemische aktiviteit is teruggelopen, zal
de stroomopbrengst bij het eerste en tweede gebruik
slechts gering zijn. Dit is een tijdelijk verschijnsel; de
normale oplaadtijd kan hersteld worden door de batterij
2 à 3 maal bij kamer-temperatuur op te laden.
Om langdurig gebruik van de batterijen te
bevorderen
(1) Laad batterijen op vóórdat ze volledig uitgeput zijn.
Merkt u dat de gevoede apparatuur minder krachtig
gaat werken, onderbreek dan het gebruik en laad de
batterij op. Als u apparatuur op batterijvoeding te lang
blijft gebruiken, kan dit leiden tot teruglopen van de
batterijwerking en eventueel zelfs beschadiging ervan.
(2) Verricht het opladen niet bij hoge temperatuur.
Een oplaadbare batterij zal onmiddellijk na gebruik
gewoonlijk erg warm zijn. Als u een dergelijke batterij
onmiddellijk gaat opladen, zal de chemische balans in
het inwendige verstord worden en zal de levensduur
van de batterij afnemen. Laat de batterij daarom even
afkoelen, voor u met opladen begint.
in
de
acculader
wordt
De batterij is oververhit.
De batterij kan niet
opgeladen worden (het
opladen wordt hervat
wanneer de batterij is
afgekoeld).