vacuümbevestiging vast wanneer er in verticale oppervlakken zoals
muren moet worden geboord.
13. Reik niet te ver. Blijf te allen tijde met uw beide voeten op de vloer en
in balans.
14. Onderhoud het gereedschap met zorg.
-
Houd het gereedschap schoon voor optimale prestaties.
-
Volg de aanwijzingen betreffende het smeren en verwisselen van
toebehoren.
-
Controleer de machine en de verlengkabels regelmatig. Laat
ze in geval van beschadiging repareren door een erkend
servicecentrum.
-
Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
15. Trek de stekker uit het stopcontact wanneer de machine niet
wordt gebruikt of een onderhoudsbeurt moet krijgen, of bij het
verwisselen van toebehoren of boren.
16. Maak er een gewoonte van te controleren of de sleutels van de
machine werden verwijderd alvorens u de motor inschakelt.
17. Voorkom het per ongeluk starten. Vergewis u ervan dat de aan (ON)
en uit (OFF) schakelaars in de stand uit (OFF) staan alvorens u de
stekker in het stopcontact steekt.
18. Bij het ontgrendelen van de hendel die de slede blokkeert, moet
de voedingshendel stevig worden vastgehouden. Dit om te voorkomen
dat de voedingshendel door het gewicht van de boor zou gaan
draaien.
INSTRUCTIES VOOR HET OPSTELLEN EN VERANKEREN VAN DE
MACHINE
Waarschuwing: het is van groot belang dat de kernboormachine
stevig op het werkoppervlak wordt verankerd. Beweging tijdens
het boren zal tot gevolg hebben dat de boor tegen het te bewerken
oppervlak slaat, waardoor de diamanten breken. De boor kan ook
vastlopen in het gat en daardoor worden beschadigd. De methoden
van verankeren zijn als volgt:
Met een bout aan de vloer verankeren
1. Markeer de plaats waar het gat voor de ankerbout moet worden
geboord.
2. Boor het gat en bevestig een ankerbout. Plaats de voetplaat van de
kernboormachine over de ankerbout. Draai daarna de bout met de
hand vast (Fig. 1).
3. Stel de 4 nivelleerschroeven in (Fig. 2A) om de voetplaat te
stabiliseren en zet de kolom in loodrechte positie. Blokkeer de
machine door de ankerbout stevig vast te draaien.
Vacuümverankeren aan de vloer
Het vacuümverankeren wordt niet aanbevolen op ruwe of gescheurde
vloeren, gaten dieper dan één boorlengte of staalconcentraties groter dan
de standaard bewapening.
RB-208/3
1. Leg de machine achterover en bevestig de vacuümafdichtingsring
(Fig. 3) onder de voetplaat.
2. Zet de machine recht en draai de 4 stelschroeven in de voetplaat los.
3. Controleer de vacuüm- en slangaansluitingen en schakel de
vacuümpomp in (Fig. 4, 6).
4. De kernboormachine moet nu vacuümverankerd zijn. Wanneer dit niet
het geval is, dient u het gewicht te verhogen door op de voetplaat te
gaan staan. De verankering moet worden aangegeven met minstens
50 cm kwik op de vacuümmeter.
Als dat niet het geval is dient u de vloer en de vacuümafdichtingsring
op lekken te controleren.
5. Stel de 4 nivelleerschroeven in om de machine te stabiliseren en zet
de kolom in loodrechte stand. De machine is nu gereed om te boren.
Opmerking: het vacuüm kan worden opgeheven door de vacuümklep
open te draaien.
RB-214/3
1. Plaats de vacuümplaat onder de standaard (Fig. 7).
2. Controleer de vacuüm- en slangaansluitingen en schakel de
vacuümpomp in (Fig. 4, 6).
3. De kernboormachine moet nu vacuümverankerd zijn. Wanneer dit niet
het geval is, dient u het gewicht te verhogen door op de voetplaat te
gaan staan. De verankering moet worden aangegeven met minstens
50 cm kwik op de vacuümmeter. Als dat niet het geval is dient u de
vloer en de vacuümafdichtingsring op lekken te controleren.
Opmerking:
-
het gebruik van vacuümverankering bij het boren in gewapend beton
van diameters vanaf 260 mm wordt niet aangeraden.
-
het vacuüm kan worden opgeheven door de vacuümklep open te
draaien (Fig. 6).
Verankeren door middel van de plafondschroefmethode (Fig. 8)
1. RB-208/3 en RB-214/3: plaats de snelstempel
(cat 60796) tussen het plafond en de plafondschroef. Draai vervolgens
aan de plafondschroef om de machine met kracht tegen de vloer te
drukken. Stabiliseer de machine en breng ze in loodrechte positie door
middel van de 4 stelschroeven.
Boren onder een hoek (RB-208/3, RB-214/3)
Veranker de machine zoals hierboven beschreven. Zet de kolom onder de
gewenste hoek vast en boor het gat.
Opmerking: wanneer men onder een hoek gaat boren is er meer
voorzichtigheid geboden wegens de trillingen die erbij ontstaan.
BEDIENINGSINSTRUCTIES
1. Schroef de diamantboor op de boorspindel en draai het geheel stevig
vast met de daarvoor bijgeleverde sleutel.
Waarschuwing: draai de boor nooit vast wanneer hij op het beton rust.
2. Keuze van het boortoerental (RB-208/3, RB-214/3)
Zet de keuzeschakelaar op de boormachine in de vereiste stand.
RB-208/3
Toerental
320
800
1300
Waarschuwing: raak de toerental keuzeknop nooit aan wanneer de boor
draait. (RB-208/3, RB-214/3).
Opmerking: koelwater kan via een gewone tuinslang of een druktank
worden toegevoerd. Het water wordt toegevoerd via de inlaatslang, naar
beneden toe in de boor. Weggeboord materiaal dat onder de boorkroon
ontstaat, wordt naar boven toe uit het gat weggespoeld. Controleer of
de gekozen koelmethode voldoende waterdruk geeft om een straal van
4-6 liter per minuut te leveren (max. 3 bar). Onvoldoende water kan het
polijsten van de diamanten tot gevolg hebben of de boor doen verbranden
waarbij het uiteinde van de boor een blauwe kleur krijgt.
3. Zet de motorschakelaar in de stand uit (OFF), en steek de stekker in
het stopcontact.
4. Open de watercontroleklep zodat het water met een straal van 4-6 liter
per minuut wordt toegevoerd en schakel de motor in.
5. Belast de boor door lichte druk uit te oefenen op de voedingshendel.
6. De boor moet gelijkmatig worden belast, zonder overmatige kracht.
Beveiliging tegen overbelasting
Als de boor blokkeert, zal de mechanische koppeling van de machine
doorslippen. Als de koppeling doorslipt bij normaal boren, moet de
boormachine worden hersteld door een erkend RIDGID-servicecentrum.
Wanneer het rode lichtje brandt, wil dat zeggen dat de motor overbelast
is en oververhit zal raken. Verminder in dat geval de belasting. Raakt de
motor toch oververhit, dan zal er een thermische beveiliging in werking
treden. Schakel de boormachine uit en wacht tot de motor afgekoeld is
alvorens de machine opnieuw te gebruiken.
Ridge Tool Company
RB-208/3 & RB-214/3
RB-214/3
Maat
Toerental
102-200
230
62-100
500
10-60
1030
Tools For The Professional
TM
Maat
152-350
62-150
30-60
7