Reglementair gebruik
WAARSCHUWING
Het apparaat is niet geschikt voor het op-
zuigen van voor de gezondheid schadelijke
stoffen.
LET OP
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in
gesloten ruimtes bestemd.
– Dit apparaat is geschikt voor het opzui-
gen van oliehoudende vloeistoffen,
koelsmeerstof en spanen.
– Dit apparaat is bedoeld voor het opzui-
gen van niet brandbare en niet explo-
siegevaarlijke vloeistoffen.
– Dit apparaat is geschikt voor het opzui-
gen van stof en grof vuil.
– Dit apparaat is niet geschikt voor het
opvangen van fijn stof.
– Dit apparaat is alleen geschikt voor in-
dustrieel gebruik.
– Ieder ander gebruik is onjuist.
Symbolen op het toestel
Geeft het maximale vulniveau weer. Zie
„Niveau-indicatie controleren".
LET OP
Beschadigingsgevaar! Ontlucht het appa-
raat tijdig. Het maximale vulniveau mag niet
overschreden worden.
Veiligheidsinstructies
WAARSCHUWING
Het apparaat is niet geschikt voor het op-
zuigen van voor de gezondheid schadelijke
stoffen.
WAARSCHUWING
Het apparaat tegen regen beschermen.
Niet buiten opslaan.
LET OP
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in
gesloten ruimtes bestemd.
LET OP
Knelgevaar! Draag handschoenen bij het
wegnemen en aanbrengen van de zuigkop.
Bij het beëindingen van het werk appa-
raat uitschakelen en stekker uittrekken.
Zuig nooit zonder of met een bescha-
digde filter, anders kan het apparaat be-
schadigd worden.
Apparaten met kantelbaar onderstel
LET OP
Knelgevaar bij het kantelen van het vloei-
stofreservoir
Klik de vergrendeling vast na het kantelen.
In noodgevallen
In noodgevallen (bv. bij kortsluiting of
een andere elektrische storing, bij het
opzuigen van brandbare materialen)
moet het apparaat uitgeschakeld en de
netstekker uitgetrokken worden.
Elektrische aansluiting
Het apparaat mag enkel aan een elektri-
sche aansluiting aangesloten zijn die door
een elektromonteur conform IEC 60364
werd uitgevoerd.
Aansluitwaarden zie Technische gegevens
en typeplaatje.
Het gebruik van een verlengkabel is niet
toegestaan.
GEVAAR
Gevaar door elektrische schok. Elektrische
aansluitleidingen mogen niet door overrijden,
beknellen, trekken of iets dergelijks bescha-
digd raken. Kabel beschermen tegen hitte,
olie en scherpe kanten.
Stroomleiding van het apparaat voor elk
gebruik controleren op beschadigingen.
Apparaat met een beschadigde stroomka-
bel niet gebruiken. Beschadigde kabel door
electricien laten vervangen.
VOORZICHTIG
De maximum toegestane netimpedantie
aan het elektrisch aansluitpunt (zie Techni-
sche gegevens) mag niet overschreden
worden.
In geval van onduidelijkheden over de ne-
timpedantie bij uw aansluitpunt neemt u
best contact op met uw energieleverancier.
NL
– 2
(Tc)
31