Reinig het stofreservoir en het filter om hygiënische redenen onmiddel-
lijk nadat u vloeistoffen hebt opgezogen. Laat de onderdelen vóór het
volgende gebruik volledig drogen.
Schakel de stofzuiger uit door opnieuw op de aan-uitschakelaar op de hand-
greep te drukken.
9. Reiniging en onderhoud
GEVAAR!
Gevaar voor een elektrische schok!
Stroomvoerende onderdelen. Er bestaat gevaar voor
een elektrische schok of kortsluiting.
Schakel het apparaat uit, trek eventueel de netadap-
ter uit het stopcontact en trek de stekker uit het ap-
paraat.
Dompel de stofzuiger bij het reinigen nooit onder in
water.
Leeg het stofreservoir (1), reinig het EPA-filter (6) en het filterelement (7) idealiter na
elk gebruik. Reinig de zuigopening indien nodig.
Gebruik voor het reinigen van het oppervlak van het apparaat en de accessoires
geen oplosmiddelen of bijtende of gasvormige reinigingsmiddelen. Neem het
oppervlak af met een licht bevochtigde doek.
9.1. Stofreservoir reinigen
Wij raden aan om na elk gebruik het stofreservoir leeg te maken en de filters te rei-
nigen. Ga hiervoor als volgt te werk:
Het apparaat is uitgeschakeld.
Druk op de ontgrendelingstoets boven de greep.
Verwijder het stofreservoir van de motorsokkel.
Verwijder het EPA-filter door aan de geribbelde lus te trekken.
Verwijder het filterelement door in de opening te grijpen en het filterelement er-
uit te trekken.
Maak het stofreservoir leeg boven een afvalbak.
Spoel het stofreservoir, het filterelement en het EPA-filter met water uit. Reinigen
met water is niet elke keer nodig. Doe het stofreservoir niet in de vaatwasser!
Als stofreservoir, filterelement en EPA-filter weer droog zijn, plaatst u het filtere-
lement en het EPA-filter precies in het stofreservoir zodat de afdichting van het
filter het stofreservoir afsluit.
60