Geschikte oppervlakken om te vegen
Grote textieloppervlakken bijv. in:
● Kantoren
● Hotels
● Winkels
● Casino's
● Luchthavens
● Tennishallen
● Beurshallen
De veegmachine werkt volgens het overwerpprincipe.
1. De roterende zijbezem reinigt hoeken en randen van het veeg-
oppervlak en transporteert het veeggoed in de baan van de
veegwals.
2. De roterende veegwals transporteert het veeggoed direct in
het vuilreservoir.
3. Het opgewaaide stof in het vuilreservoir wordt via een stoffilter
en een voorfilter gescheiden en de blazer zuigt de gefilterde
zuivere lucht af.
4. Het voorfilter wordt automatisch gereinigd na een ingestelde
tijd wanneer het apparaat wordt ingeschakeld en tijdens de
werking.
5. Door de uitstekende achterwielen kan hij gemakkelijk over
trappen worden vervoerd.
6. Het verzamelde vuil wordt naar het vuilreservoir getranspor-
teerd. Het vuilreservoir kan optioneel met een stofverzamel-
zak worden uitgerust.
Veiligheidsinstructies
Veiligheidsinstructies m.b.t. de bediening
WAARSCHUWING ● Gebruik het apparaat alleen volgens de
voorschriften. Houd rekening met de plaatselijke omstandighe-
den en let bij het uitvoeren van werkzaamheden met het apparaat
op andere personen en met name kinderen. ● Bescherm het ap-
paraat altijd tegen zon, regen en andere weersomstandigheden,
zowel tijdens het gebruik als wanneer het niet wordt gebruikt. Zet
het apparaat in een droge en beschutte ruimte. Dit apparaat is al-
leen bedoeld voor droge reiniging en mag niet buiten in vochtige
omstandigheden worden gebruikt of geplaatst. ● Controleer het
apparaat met de werkrichtingen op correcte toestand en op de
bedrijfsveiligheid. Is de toestand niet perfect, dan mag u het ap-
paraat niet gebruiken. ● Let in gevarenzones (bijv. tankstations)
op de desbetreffende veiligheidsvoorschriften. Gebruik het appa-
raat nooit in explosieve ruimtes. ● Dit apparaat mag niet worden
gebruikt door personen met een fysieke, sensorische of verstan-
delijke beperking of een gebrek aan ervaring en/of kennis. ● Al-
leen personen die in de omgang met het apparaat zijn
geïnstrueerd of hebben bewezen dat ze het apparaat correct be-
dienen en uitdrukkelijk de opdracht hebben dit apparaat te ge-
bruiken, mogen het apparaat gebruiken.LET OP ● De bediener
moet voor het begin van het werk controleren of alle veiligheids-
inrichtingen correct zijn aangebracht en functioneren. ● De be-
diener van het apparaat is voor ongevallen met andere personen
of hun eigendom verantwoordelijk.WAARSCHUWING ● Zorg
voor nauw aansluitende kleding en stevige schoenen van de be-
diener. Los gedragen kleding vermijden. ● Houd toezicht op kin-
deren om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat spelen.
● Kinderen en jongeren mogen het apparaat niet bedienen.LET
OP ● Controleer de directe omgeving alvorens te beginnen met
rijden (bijv. kinderen). Zorg voor voldoende zicht!VOORZICHTIG
● Gebruik het apparaat niet in zones waarin de mogelijkheid be-
staat door vallende voorwerpen te worden geraakt.
Functie
Nederlands
35