2. Steek de stekker in een geaard stopcontact. De LED
op de acculader licht eenmaal groen op.
Let op:
De accu wordt niet opgeladen als de
accutemperatuur hoger is dan 50 °C/122 °F. Als de
temperatuur hoger is dan 50 °C/122 °F, zal de acculader
de accu afkoelen voordat de accu wordt opgeladen.
De accu opladen
Laad de accu voor het eerste gebruik op.
Let op:
De accu wordt niet opgeladen als de
temperatuur van de accu hoger is dan +35 °C.
1. Sluit de voedingskabel voor de acculader aan op
een geaard stroomnet.
OPGELET:
stroomnet de juiste spanning en
frequentie heeft.
2. Plaats de accu in de acculader. De accu is
aangesloten op de acculader als de groene led
knippert. (Fig. 29)
3. De accu is volledig opgeladen als de groene led op
de acculader is ingeschakeld. Laad de accu max. 24
uur op.
4. Koppel de acculader los van het stroomnet.
OPGELET:
voedingskabel.
5. Haal de accu uit de acculader.
Accustatus-led op de acculader
De rode led (A) en de groene led (B) op de acculader
geven de accustatus aan. Zie
product op pagina 295 .
(Fig. 30)
Led
De groene led knippert
snel.
De groene led knippert
langzaam.
De groene led is inge-
schakeld.
De rode led brandt.
De rode led knippert snel.
1888 - 002 - 12.07.2022
Controleer of het
Trek niet aan de
Accustatus-led op het
Accustatus
De accu wordt opgeladen.
De accu is 80% opgela-
den.
De accu is volledig opge-
laden.
Accustatus-led op het
Zie
product op pagina 295 .
Accustatus-led op het
Zie
product op pagina 295 .
Accustatus-led op het product
Als de accu in het product is geïnstalleerd, geven de
leds op het product de accustatus aan.
(Fig. 31)
Led
Led 1, 2 en 3 bran-
den.
Led 1 en 2 branden.
Led 1 brandt.
Led 1 knippert.
De accu aansluiten op het product
WAARSCHUWING:
accu alleen bij producten van het POWER
FOR ALL systeem 18V.
1. Laad de accu volledig op.
2. Druk de accu in de accuhouder van het product. De
accu is in positie vergrendeld als u een klik hoort.
(Fig. 32)
OPGELET:
eenvoudig in de accuhouder kunt
plaatsen, is de batterij niet correct
geïnstalleerd. Dit kan schade aan het
product veroorzaken.
Voordat u het product inschakelt
1. Onderzoek het werkgebied. Verwijder voorwerpen
die weggeslingerd kunnen worden.
2. Controleer de snijuitrusting. Controleer of de
snijbladen scherp zijn, geen scheuren vertonen en
niet beschadigd zijn.
3. Controleer of het product correct werkt. Controleer of
alle moeren en schroeven goed zijn vastgedraaid.
4. Controleer of de hendel en de
veiligheidsvoorzieningen niet beschadigd zijn en
goed zijn bevestigd. Gebruik geen product met
ontbrekende onderdelen of dat is veranderd ten
opzichte van de oorspronkelijke specificatie. Gebruik
indien nodig veiligheidshandschoenen.
5. Controleer of de afdekkingen niet beschadigd zijn en
goed vastzitten, voordat u het product bedient.
Product starten
1. Druk op de ON/OFF-knop totdat de groene led wordt
ingeschakeld. (Fig. 33)
Accustatus
Volledig opgeladen.
Voldoende opgeladen
Het accuvermogen is laag.
De accu is leeg. Het accusta-
tuslampje knippert. Laad de ac-
De accu opladen op
cu op. Zie
pagina 295 .
Gebruik de
Als u de accu niet
295